• AVG / GDPR
  • Blogs en Links
    • Archief
    • Blogs
    • Links
  • Fictie
    • Boris
    • De legende van Sint Juttemis
    • De witte stier
    • Een eindelooze achtervolging
    • Mijn korte fictie stukjes
  • Koen kijkt
    • Koen kijkt films
    • Koen kijkt series (alleen)
    • Koen kijkt series (met Isabel)
  • Koen leest
    • Favoriet
    • Onlangs gelezen
    • Op de boekenplank
  • Koen op reis
    • Afrika
      • Botswana
      • Egypte
      • Ethiopië
      • Kenia
      • Mali
      • Marokko
      • Mauritius
      • Mozambique
      • Namibië
      • Oeganda
      • Swaziland
      • Tanzania
      • Zimbabwe
      • Zuid Afrika
    • Azië
      • China
      • Indonesië
      • Mongolië
      • Rusland
      • Thailand
    • Eilanden
    • Europa
      • Albanië
      • Andorra
      • België
      • Bosnië en Herzegovina
      • Denemarken
      • Duitsland
      • Estland
      • Frankrijk
      • Gibraltar
      • Griekenland
      • Groot Brittannië
        • Engeland
        • Noord Ierland
        • Schotland
        • Wales
      • Hongarije
      • Ierland
      • Italië
      • Kosovo
      • Kroatië
      • Letland
      • Lichtenstein
      • Litouwen
      • Luxemburg
      • Macedonië
      • Monaco
      • Montenegro
      • Nederland
      • Noorwegen
      • Oostenrijk
      • Polen
      • Portugal
      • Roemenië
      • Rusland
      • Servië
      • Slovenië
      • Spanje
      • Tsjechië
      • Turkije
      • Vatikaanstad
      • Zweden
      • Zwitserland
    • Latijns Amerika
      • Brazilië
    • Midden Oosten
      • Israel
      • Libanon
      • Syrië
      • Turkije
    • Noord Amerika
      • Verenigde Staten
  • Koen schildert
  • Koen verzamelt
    • Koffie
    • Opmerkelijk
    • Plastic stoelen
    • Postkantoren
    • Toilet signs
    • Vuurtorens
  • Kort
    • 2011
    • 2012
    • 2013
    • 2014
    • 2015
    • 2016
    • 2017
    • 2018
  • Kunst en Cultuur
    • Beeldend
    • Muziek
    • Theater
  • Over Koen
  • Werk
    • Maatwerk
    • Mister Him
    • Nu
      • Gemeente Goes
      • Het Middelburgs Theater
    • Vroeger
      • A 58
      • Gemeente Goes
      • Goese Operette Vereniging (GOV)
      • Het Hondje van de Ruyter
      • Het Roosendaals Toneel
      • Het Zunderts Toneel
      • Openluchtspelgroep Oosterhout
      • Stichting Babel
      • Theater Reflex
      • Theater Rob Heiligers
      • Umoja cfc

Koen Schyvens

~ Mister Him – Dag In, Dag Uit

Koen Schyvens

Tag Archief: Athene

Daedalus en Icarus (5)

19 zaterdag dec 2020

Posted by Koen in Kunst en Cultuur

≈ 13 reacties

Tags

Ageus, Antonio Canova, Aphrodite, Ariadne, Athene, Beeldende kunst, Crispijn van de Passe, Daedalus, Dolfijnen, Eriboea, Eros, Griekenland, Icarus, Jean-Baptiste Regnault, Knossos, Koning Minos, Kreta, Labyrinth, Minotaurus, Mythe, Mythologie, Poseidon, Rudolph Friedrich Karl Suhrlandt, Theseus, Vertellen

THESEUS

Opnieuw geef ik Antonio Canova de eer om dit logje te openen met één van zijn prachtige marmeren beelden.

Theseus en de Minotaurus – Antonio Canova (1781-1782) – Wit marmeren beeld (Victoria and Albert Museum)

Het bovenstaande beeld is mijn verhaal vooruitgesneld. Dat mag duidelijk zijn (hoop ik). Spoiler 1: deze foto hoort op het eind van dit stukje. Waar ben ik gebleven? De Minotaurus zit opgesloten in het labyrinth op Kreta. Architect Daedalus heeft puik werk afgeleverd. Eenmaal in de doolhof kom je er niet meer uit. Spoiler 2. Zeg dat niet te vroeg, er zijn nu eenmaal helden die …

Elke zeven jaar stuurt koning Ageus van Athene – als tegemoetkoming voor de laffe moord op een van de zonen van Minos – zeven jongens en zeven meisjes naar Kreta. Daar worden ze zogenaamd geofferd maar in werkelijkheid dienen zij als voedsel voor ‘Het stierenjong’ in Knossos.

Ik kan in dit ene hoofdstuk onmogelijk het hele verhaal van Theseus vertellen. Hij is één van de grote Griekse helden. Zijn aandeel in het verhaal van Daedalus en Icarus is echter van groot belang. Ik zal me proberen te beperken tot zijn avontuur op Kreta en wie weet voer ik later Theseus nog een keer op in zijn eigen verhaal. Goed?

Een delegatie van Koning Minos is onderweg naar Athene. Het is de derde keer dat zij veertien jongens en meisjes ophalen. Koning Ageus van Athene organiseert zijn eigen Hungergames. Hij laat namelijk het lot bepalen. Alle burgers van Athene moeten hun kinderen aanmelden voor deze verplichte loterij. Theseus was de vorige keren niet thuis, nu wel. Hij meldt zich dus nu ook aan. “Eerlijk is eerlijk” zegt hij tegen zijn vader. Uiteraard ziet Ageus liever niet dat zijn zoon zou geofferd worden aan dat Minoïsche monster. En ja hoor … Theseus naam wordt omgeroepen. Hij vertrekt met dertien lotgenoten naar het zuiden.

Er is geen hoop op een veilige terugkeer. De veertien jongelingen gaan een zekere dood tegemoet. Het schip zal uitvaren met zwarte zeilen, ten teken van rouw. Theseus ziet het lang niet zo somber in. Een zelfverzekerde held is dat zelden. Hij smokkelt ook witte zeilen aan boord. Bij het afscheid van zijn vader fluistert hij dat ook in zijn oor. “Pap, maak je geen zorgen. Ik maak dat rotjong op Kreta een kopje kleiner en als we terugkomen zie je ons schip met witte zeilen zodat jij al van verre ziet dat ik veilig en gezond terugkom naar Athene.” Een klein omweggetje om een offer te brengen aan Apollo en dan verlaat het schip de haven van Pireus. Op de kade barsten de ouders van de andere dertien jongeren uit in zwaar gesnik. De zeereis verloopt voorspoedig en zonder noemenswaardige incidenten bereikt het schip de haven van Kreta.

Mocht je denken dat er meteen doorgelopen wordt naar het labyrinth dan vergis je je. Het offeren zal het hoogtepunt zijn van een weken durende ceremonie, inclusief sportwedstrijden, theatervoorstellingen en concerten. Koning Minos staat op de kade te wachten. Hij is benieuwd wie of wat collega Ageus dit keer heeft verzonden. Zijn oog valt onmiddellijk op meisje nummer zes. Eriboea heet deze jongedame. (Ja, dat heb ik even moeten googlen.) Het wicht wordt uit het rijtje gehaald. Minos kwijlt al bij de gedachte het bed te delen met deze beeldschone Atheense maagd. Dat had hij gedacht. Jongeman nummer vier stapt ongevraagd uit het rijtje en verbiedt de koning zich te vergrijpen aan Eriboea. Een opstootje? De menigte op de kade voelt dat er iets te gebeuren staat. “Wie is die man? Is dat niet de zoon van Ageus? Nee, het is een zoon van Poseidon, denk ik. Ja, dat lijkt Theseus wel. Nee, ja … dát is Theseus de held!“

Minos kent uiteraard ook de roddels dat Theseus een zoon is van Poseidon. Hij heeft tenslotte zelf ook een geschiedenis met de god van de zee. Hij laat zich afleiden door deze jongeman. Zo neemt Eriboae haar naamloze plekje weer in in de rij van Atheense meisjes. Koning Minos trekt een ring van zijn vinger en gooit die met veel gevoel voor drama in de zee. “Athener, als jij werkelijk de zoon van Poseidon bent dan moet het een makkie voor je zijn om mijn ring weer op te halen. Of niet dan?” Nog voor de koning is uitgesproken duikt Theseus in het water. Als bij toverslag zwemt hij onmiddellijk tussen een school dolfijnen.

Dolfijnen fresco en mozaïek – Knossos, Kreta

De dolfijnen leiden Theseus naar de bodem van de zee. Daar ligt de ring van Minos naast een verloren gewaande gouden kroon. Een paar tellen later staat de Griekse held met de beide voorwerpen weer op de kade. Het volk houdt de adem in. Hij geeft zonder een woord te zeggen maar met alle eerbied de ring terug aan de koning en de kroon geeft hij aan Ariadne, de dochter van Koning Minos. Zij voelt zich duidelijk gevleid door deze onverwachte attentie. Haar wangen kleuren rood.

Minos is onder de indruk. Het worden vast heel bijzondere dagen. Hij nodigt Theseus zelfs uit om als atleet deel te nemen aan de sportwedstrijden. Uiteindelijk zal hij toch geofferd worden aan de Minotaurus, laat daar geen misverstand over bestaan. Daedalus heeft dit allemaal vanop een afstandje gezien. Vooral het moment dat Theseus de kroon aan Ariadne gaf. Hij voelde onmiddellijk de onzichtbare aanwezigheid van Aphrodite – godin van de liefde – (Venus bij de Romeinen). Ja, daar is ze weer. En waarschijnlijk is Eros (Amor) ook in de buurt met zijn boog en liefdespijlen.

Ariadne zit de volgende dag op de eretribune bij de sportwedstrijden. Eigenlijk vindt ze sport stomvervelend. Gelukkig heeft ze haar breipennen en wol bij zich dan heeft ze tenminste iets te doen. Ook Daedalus heeft een uitnodiging gekregen en zit samen met zijn zoon Icarus een paar rijtjes achter de koninklijke familie. Maar van zodra Theseus in het strijdperk verschijnt, slaakt Ariadne kreetjes van bewondering om zijn atletische prestaties. Hij verslaat keer op keer zijn tegenstanders. Hij is de uitblinker van dienst. Zou hij dan misschien gratie krijgen van Koning Minos? Nee. De hongerige Minotaurus is te horen tot op de eretribune. Koude rillingen lopen over de rug van prinses Ariadne terwijl haar hart onstuimig klopt van verliefdheid. Ze kijkt angstvallig rond of er een oplossing is voor het probleem ‘Theseus’. Het volk verlaat het sportcomplex. Daedalus manoeuvreert zich handig richting prinses en geeft haar ongevraagd advies. “Geef je bol rode wol aan Theseus en adviseer hem om die bol garen af te wikkelen als hij het labyrinth inloopt. Na zijn gevecht met de Minotaurus – dat hij uiteraard eerst nog maar eens moet winnen – kan hij het touw weer volgen tot bij de ingang.”

Rudolph Friedrich Karl Suhrlandt – Theseus und Ariadne

De prinses krijgt het voor mekaar om de Griekse held te spreken voor hij voor de nacht wordt opgesloten. Ze zegt dat ze het geheim van het labyrinth kent en hem kan helpen. Theseus heeft wel oren naar haar ideeën. Er is wel één voorwaarde. “Je moet met me trouwen en me meenemen – weg van hier – want als mijn vader ontdekt dat ik je heb geholpen ben ik mijn leven niet meer zeker.” Blijkbaar is er nog een liefdespijl afgeschoten want Theseus stemt onmiddellijk toe.

Jean-Baptiste Regnault – Ariadne and Theseus

Ariadne geeft een zwaard aan Theseus en haar kluwen rode wol. Zij legt het plan uit. Waarom wachten tot morgen? De avond valt. Theseus zit nog vol adrenaline van de sportwedstrijden. Hij valt op z’n knieën en belooft Ariadne zijn ja-woord. Nu nog even zonder ring. Het wicht heeft tenslotte al een gouden kroon gekregen. Het meisje leidt hem naar de ingang van de doolhof. Ze knoopt het touw vast en na een kus geeft ze Theseus een duwtje de eerste gang in.

Ets van Crispijn van de Passe (1589 – 1637)

Theseus ziet al gauw geen hand meer voor ogen. Hij loopt blindelings verder, zijn instinct volgend. Hij volgt de instructie van Ariadne en hij wikkelt zorgvuldig het touw steeds verder af. Dan lijkt het weer of hij afdaalt en even later zijn het toch duidelijk trappen omhoog. Hij hoort het rusteloze gegrom van de Minotaurus. Slaapt het beest of niet? Laat ik de heroïsche strijd tussen held en monster vertellen met een paar foto’s van beelden die her en der verspreid staan in Europa.

De held wint de strijd dat had je natuurlijk al gezien op de eerste foto van dit stukje. “Minotaurussen verslaan is toevallig een van mijn specialiteiten” – hoor ik hem mompelen. Dankzij de afgerolde draad weet hij ook de ingang weer te vinden, waar Ariadne nog steeds op hem wacht. Samen met haar en de andere dertien jongens en meisjes die uit Athene zijn meegekomen, gaat Theseus naar hun schip dat nog steeds in de haven ligt. Om te voorkomen dat Minos hem kan achtervolgen slaat Theseus alle andere schepen lek – “Schepen lek steken is toevallig een van mijn specialiteiten”. Ze zeilen nog voordat het licht wordt de haven uit om ongeschonden naar Athene terug te keren.

Eind goed, al goed zou je denken. Nee, nog niet. Theseus overleeft ternauwernood een zware storm maar dat is dus voor een andere keer. Een ander verhaal. Goed, ik verklap nog één ding. Ariadne schenkt hem negen maanden later een tweeling. “Tweelingen verwekken is toevallig …” Maar nu gauw terug naar … Kreta.

Koning Minos staat op zijn achterste poten. Verraad. Moord. Wraak. Zijn dochter verdwenen. De Atheners gevlucht. Theseus nergens te bekennen. Alle schepen op de bodem van de zee. De Minotaurus ligt rochelend en stuiptrekkend in zijn eigen bloed. Hoe kan dit? Wie heeft het geheim van het labyrinth verraden. Er zijn maar twee personen die dat geheim kennen. Hij en de architect. Minos weet dat hij niets heeft verklapt. Een uur later staan Daedalus en Icarus voor de getergde koning. Mensen in de omgeving van het koninklijk hof hadden Daedalus de vorige dag zien staan smiespelen met de prinses. Wat werd daar besproken? Zelfs als Daedalus ‘Brugman’ met zijn achternaam zou heten, kon hij er zich dit keer niet uitlullen. Hij wordt dan ook veroordeeld wegens landsverraad. Samen met zijn zoon wordt hij gevangen gezet in zijn eigen doolhof. Ontsnappen zal gelijk staan aan onmiddellijke executie. De ingang – dus ook de uitgang – wordt dag en nacht bewaakt.

Volgende aflevering: VLEUGELS

Bronvermelding doe ik later

In de serie: DAEDALUS en ICARUS en BEELDENDE KUNST

Advertentie

Daedalus en Icarus (4)

18 vrijdag dec 2020

Posted by Koen in Kunst en Cultuur

≈ 11 reacties

Tags

Ageus, Androgeus, Athene, Beeldende kunst, Daedalus, Escher, Icarus, Koning Minos, Kreta, Labyrinth, Minotaurus, Mythe, Mythologie, Pasiphaë, Stieren, Verhaal, Vertellen

HET LABYRINTH

Daedalus werd zoals ik in deel drie al vertelde ontboden aan het hof van Koning Minos op Kreta. Zijn bastaardzoon ‘Het stierenjong’ – half stier, half mens – luisterend naar de naam Minotaurus moest worden opgesloten in een speciaal voor hem ontworpen verblijf. Architect Daedalus krijgt deze opdracht.

Ik hoor jullie kritische bedenkingen. “Zijn deze plaatjes nu werkelijk het beroemde labyrinth?” Nee natuurlijk niet. Het ontwerp was een groot geheim. Een staatsgeheim. De architect mocht daarom nooit tekeningen, voorstudies of maquettes laten rondslingeren van deze wereldberoemde doolhof. Op straffe van onthoofding of zoiets.

Oude munten uit Kreta en Athene met oa de Minotaurus en het labyrint

Gangen, doodlopende steegjes, hoge en lage muurtjes. Trappen die naar boven leiden blijken dan plots lager uit te komen. Escher-avant-la-lettre. Paden die in eindeloze spiralen kronkelen tot je uiteindelijk – als bij toeval – in het midden uitkomt en je niet begrijpt hoe je daar bent gekomen. Terugkeren vanuit dat midden was zo goed als onmogelijk. Enkel Minos en Daedalus kennen – tot nu toe – het geheim van het mysterieuze labyrinth. Dat wordt dus de nieuwe woonplaats – noem het gerust een gevangenis – voor de Minotaurus. Koning Minos is tevreden. Voor dit moment dan toch.

Kort voordat de bouw van het labyrinth is voltooid wordt Androgeus, een andere zoon van Koning Minos en Pasiphaë, vermoord door jaloerse Atheners. De ellendelingen. De jonge Androgeus had hen namelijk – totaal onverwacht – verslagen op het sportveld. Niet in één discipline maar op alle onderdelen. Op Kreta was deze jongeman wereldberoemd als de beste stieren-rijder van het Minoïsche rijk. Een sportonderdeel dat niet meer is toegelaten op de moderne Olympische Spelen. De slechte Atheense verliezers uitten hun onmacht in een laffe moord. Mogelijk hadden zij de toestemming – of zelfs de opdracht – van Koning Ageus (van Athene) gekregen. Uiteraard is dat het begin van een heuse strijd op leven een dood. Kreta verklaart Athene de oorlog. Veldslagen, zeeslagen en uiteindelijk komt Kreta als winnaar uit de bus. Voor straf moet Athene elke zeven jaar zeven jonge mannen en zeven jonge vrouwen als offer (voedsel) naar de Minotaurus sturen. Dit offer is bedoeld om de vrede tussen de twee partijen te bewaren.

Kort voordat de bouw van het labyrinth is voltooid wordt Androgeus, een andere zoon van Koning Minos en Pasiphaë, vermoord door jaloerse Atheners. De ellendelingen. Voor straf moet Athene elke zeven jaar zeven jonge mannen en zeven jonge vrouwen als offer naar de Minotaurus sturen. Dit offer is bedoeld om de vrede tussen de twee partijen te bewaren. 

Ja ja, ik weet het. Ik wijk af. Dit zou toch het verhaal worden over Daedalus en Icarus. De laatst genoemde moet nog steeds zijn entree maken in het verhaal. Ik geef het toe. Kan ik jullie blij maken met de vermelding dat Daedalus zijn zoon Icarus met enige regelmaat meeneemt naar de werken aan het labyrinth? Deze jongen helpt zijn vader maar heeft niet de uitvinders-kwaliteiten van zijn vader en zijn verdwenen (wij weten beter) neef Perdix. Maar zijn grote avontuur laat nog even op zich wachten want ook het verhaal van Theseus moet ik nog vertellen. Is dat belangrijk? Ja, want deze held uit Athene – zoon van Koning Ageus – zal het leven van Daedalus en Icarus op zijn kop zetten. Ik geef alvast een vooruitblik in de vorm van een plaatje …

Zoekplaatje: ‘Wie is Wie?’ – later ingekleurde zwart-wit ets met oa het labyrinth, Theseus en Ariadne

Volgende aflevering: Theseus

Bronnen zal ik – zoveel als mogelijk – na afloop vermelden.

In de serie: DAEDALUS en ICARUS en BEELDENDE KUNST

Daedalus en Icarus (2)

11 vrijdag dec 2020

Posted by Koen in Kunst en Cultuur

≈ 18 reacties

Tags

Akropolis, Architect, Areopaag, Asterix, Athene, Attica, Beeldende kunst, Daedalus, Icarus, Koning Minos, Kreta, Metamorphosen, Minerva, Moord, Mythe, Mythologie, Naucrate, Pallas Athena, Patrijs, Perdix, Sicilië, Veldhoen, Vliegen

Heb je het eerste deel van dit verhaal nog niet gelezen, dan raad ik je aan om dat wel te doen. Klik HIER.

BETICHT VAN MOORD

Zoals gezegd is Daedalus een zeer gerespecteerde kunstenaar in Athene. Hij heeft een vrouw, zij heet Naucrate. Zij was ooit een slavin aan het hof van Koning Minos op Kreta. Samen hebben Naucrate en Daedulus een zoon. Je kunt het al raden … Icarus. Maar voorlopig is er nog geen plaats voor deze jongen in het verhaal. Dat komt nog wel. Even geduld zullen we maar zeggen.

Ook als architect en uitvinder oogst Daedalus veel bewondering. Wat minder bekend is, is dat hij ook een charmante dansleraar is. Zijn afkomst blijft wat mysterieus. Is hij op Kreta geboren of toch niet? Ontmoette hij daar zijn vrouw? Hij bouwde vóór zijn komst naar Athene een fort met een schitterende fontein in de nabijheid van een hangend tempelplateau – ook naar zijn ontwerp – op Sicilië. Een eiland waar hij later nog zal terugkeren. Maar ik loop vooruit op mijn verhaal. Daedalus kent dus uit eigen ervaring de wispelturigheid van de Griekse zeeën en winden. Hij is namelijk een uitstekende zeeman. Hij is tenslotte de uitvinder van ‘het zeil’. Of hij ook ‘het schietlood’ heeft uitgevonden, blijft onduidelijk. Waarschijnlijk is dát een vinding van zijn jonge neef – zijn assistent Perdix – een echte Willie Wortel.

Steeds vaker wordt er advies gevraagd aan deze leerling en steeds minder aan de meester. Daedalus heeft lange tenen en een nog groter ego. Jaloezie en afgunst steken de kop op. Hij kan zijn ergernis nauwelijks verbergen. Hij en Perdix werken samen aan een nieuwe toren op de Akropolis. Het is tijd voor een inspectiebezoek want vandaag bereiken de metselaars het hoogste punt. Daedalus nodigt zijn neef uit om hem te vergezellen. Ze gaan samen op stap. Perdix is veel sneller boven dan zijn oom. Hij is opgewonden blij want zijn plan is gelukt. Vanop deze toren kun je de zee zien en dat was helemaal zijn idee. ‘Een cadeautje aan de Atheners’ zoals hij dat zelf graag noemt. Daedalus baalt er stiekem van dat hij dat niet zelf heeft bedacht.

Als hij bovenop de toren staat, lokt de oude man zijn jonge gezel naar het randje – zogenaamd voor een nog mooier uitzicht – en geeft hem … een duwtje. ‘Opgeruimd staat netjes’ denk hij. Dat zegt hij uiteraard niet. Daedalus haast zich naar beneden en heeft zijn smoes over struikelen al klaar. De smiecht.

Ik vertelde eerder al dat Pallas Athena (Minerva bij de Romeinen) een zwak heeft voor de jonge uitvinder. Zij is – uiteraard – in de buurt op het moment dat Perdix naar beneden stort. En ‘zoef flits zoef zoef’ … de godin verandert de jongeman in een patrijs.

Een patrijs – een vogelsoort (uit de fazanten-familie) die nooit hoog vliegt maar wel kan fladderen (noem het gerust vliegen) – maar dan net boven de grond.

Patrijs (partridge) – Foto’s van Pixabay

Nu rest natuurlijk nog de vraag van de kip en het ei. Wat was er het eerst? Heet de jongen echt Perdix of kreeg hij die naam nadat hij veranderde in een patrijs, een veldhoen. Het Latijnse woord voor patrijs is namelijk … Perdix Perdix. Grappige naam trouwens – ik zou er mijn Asterix-collectie op moeten naslaan want ik zie zomaar een of andere ‘Perdix’ rondlopen in het dorp van de onoverwinnelijke Galliërs. Sorry, ik dwaal af. Natuurlijk is dit niet het einde van het verhaal. Ik vertel verder. Daedalus zoekt aan de voet van de Akropolis tevergeefs zijn neergestorte metgezel. Hij begrijpt het niet. Waar is die jongen gebleven? Hij wil hem namelijk wel op een fatsoenlijke en eervolle manier begraven. Maar zonder stoffelijk overschot is dat natuurlijk een beetje lastig.

Mensen vragen al spoedig waar ze de jonge uitvinder kunnen vinden. Hij is namelijk niet komen opdagen bij een afspraak. Vreemd want Perdix houdt altijd zijn woord. Daedalus wordt ondervraagd en naar de Areopaag gebracht, een heuvel in de buurt van Akropolis. Op die heuvel zetelt ‘De Raad van Toezicht’ – de Atheense rechtbank. De rechtbank beschuldigt de architect van moord op zijn neef. Maar zonder lijk is dat natuurlijk een vreemde aanklacht. De rechters vragen Daedalus naar de omstandigheden rondom de verdwijning van zijn neef. De goedgebekte charmeur herhaalt zijn praatje over struikelen op het moment dat Perdix zijn schietlood wilde testen – bovenop en naast de toren. Jammer genoeg hadden de werklui die ochtend de balustrade weggehaald. Er was dus nauwelijks bescherming edelachtbare … Een goed oplettende rechter vraagt naar het verse litteken op de rechterwang van de bouwmeester. Een stevige kras – het lijkt wel het silhouet van een … patrijs. Cadeautje van Pallas Athena. Dat weten wij, dat veronderstelt Daedalus maar de rechters tasten in het duister. Uitspraak: Daedalus wordt verbannen – wegens een niet bewezen moord. Persona non grata in Athene.

De eerste dagen en weken na de uitspraak hangt de ooit zo bewonderde kunstenaar wat rond op het platteland van Attica. Vluchteling, moordenaar en banneling zijn niet de titels die bij zijn ego passen. Hij moet iets ondernemen, aan een nieuwe episode in zijn leven beginnen. Hij pakt zijn boeltje bij elkaar en vindt algauw passage op een boot richting Kreta … het eiland waar Koning Minos regeert.

Wordt (gauw) vervolgd. 

ps. De bronnen die ik gebruik zal ik later vermelden, als ik ben uitverteld.

In de serie: DAEDALUS EN ICARUS en BEELDENDE KUNST

Daedalus en Icarus (1)

10 donderdag dec 2020

Posted by Koen in Familie, Kunst en Cultuur, Zielenroerselen

≈ 20 reacties

Tags

Antonio Canova, Architect, Athene, Beeldende kunst, Beeldhouwer, Bijl, Daedalus, De val van Icarus, Griekenland, Icarus, Ine, Kleinzoon, Metamorfosen, Mythe, Ovidius, Pallas Athena, Passer, Perdix, Pottenbakkersschijf, Uitvinder, Vertellen, Zaag, Zeil

Opnieuw ga ik een oud verhaal vertellen. Mythologische verhalen lenen zich daar goed voor. Na mijn her-vertelling van Amor en Psyche begin ik vandaag aan een nieuw verhaal. Daedalus en Icarus. Ik denk dat dit verhaal veel bekender is bij de meesten. Althans het (bijna) einde van het verhaal is bekend. De val van Icarus. Alles wat eraan vooraf ging wordt minder vaak verteld. Ik begin eerst met het verhaal van de vader. Daedalus. Zijn zoon (Icarus) komt later wel binnenfietsen in het verhaal.

Voordat ik begin aan deze her-vertelling met schilderijen, fresco’s en beeldhouwwerken, memoreer ik graag mijn persoonlijk verhaal – gekoppeld aan deze mythologische klassieker. En ja … het zal weer even over Ine gaan. Mijn eerste vrouw. Ik begon mijn ‘Amor en Psyche’ verhaal met de foto van het beroemde beeld van Antonio Canova – Psyche revived by Cupid’s kiss. Klik HIER. Laat ik dat nú ook doen maar uiteraard met een ander beeldhouwwerk van dezelfde Antonio Canova.

Daedalus and Icarus (1777 – 79) – Antonio Canova – Marmer – 200 x 95 x 97 cm Museo Correr, Venetië

“Het persoonlijk verhaal graag, dat beloof je hierboven Koen.” Goed. Ine overleed op 29 juni 2005 om 10.10 in de ochtend. Groot verdriet. Kleinkinderen waren er toen nog niet. Negen jaar later wordt in Bergen op Zoom een jongetje geboren. Icarus Schyvens. Precies op dezelfde dag (29 juni) en op precies hetzelfde uur en dezelfde minuut (10.10). Icarus, de tweede zoon van mijn zoon – papa Jules en mama Yvonne. Broertje van Ender.

Geboortekaartje van ICARUS Camilo Herbert Schyvens

Groot geluk voor deze Bompa en de hele familie. Ik (wij) noem(en) Icarus dan ook ‘Het geluk dat uit de hemel viel, met dank aan Mama Maan’. Naar analogie met het beroemde schilderij van Bruegel. Ik kom er later in deze reeks vast nog op terug.

Pieter Bruegel (de Oude) – De val van Icarus (1595 – 1600) 73,5 × 112 cm Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, Brussel 

Dus op de één of andere – niet uit te leggen – wijze heeft de denkbeeldige kus van Amor – nieuw leven laten ontstaan. Ik ga nog zweven en new-age-achtige pseudo religieuze onzin uitkramen als ik niet oppas. Dat zou tegen mijn natuur zijn. Voordat ik terugga naar het verhaal van Daedalus nog even een woordje over Ovidius. Een Romeinse dichter. Hij kende bijna alle Griekse verhalen uit zijn hoofd.

De eerste Nederlandse uitgave (1697) van de werken van Ovidius Naso

Dankzij zijn verhalenbundel ‘Metamorfosen’ (dat betekent: ‘Verandering van gedaante‘) kennen wij vandaag de dag nog heel veel van deze Griekse mythes. Ook het verhaal van Daedalus en Icarus. Meestal zijn de hoofdpersonages goden of half-goden. Zij vinden het geweldig om af en toe van gedaante te veranderen. Ze worden een zwaan, een stier of een vogel. Of ze veranderen van vorm, kleur of structuur. Een leger kan zomaar veranderen in een groep varkens; een jongen kan veranderen in een vogel. En natuurlijk is ‘de dood’ de meest trieste vorm van verandering. Het verhaal van Daedalus (en later Icarus) gaat over gewone mensen. Maar ja, zo begon het verhaal van Psyche ook …

UITVINDERS AAN HET WERK

Er was eens … ja ja, natuurlijk … er was eens … een hele beroemde uitvinder in het oude Athene. Hij was heel geliefd bij de mensen want hij bedacht de meest mooie gebouwen … tempels, paleizen en huizen. Het is meester Daedalus (Daedalos bij de Grieken). Bouwmeester, architect en uitvinder. Op het lijstje van uitvindingen van Daedalus staan bijvoorbeeld de bijl en het zeil. Best wel knap (zullen we maar zeggen). Ook als beeldhouwer maakt hij furore in Athene. Hij is de eerste kunstenaar die beelden maakt met open ogen in plaats van beelden met gesloten ogen. En de armen van zijn figuren hangen niet meer stijf naar beneden – zoals gebruikelijk was in die tijd – maar ze wijzen alle kanten op. Veel levendiger. Nog iets nieuws zijn de voeten van zijn beelden – het lijkt wel of de gebeeldhouwde personages (echt) lopen. Levensecht. Een uitzonderlijke man, die Daedalus. Zijn neef, de zoon van zijn zus, is zijn belangrijkste assistent.

Deze jongeman luistert naar de naam Perdix. Zijn vrienden noemen hem ook wel Talus maar laten we niet onmiddellijk beginnen met verwarring te scheppen. Perdix is in de leer bij zijn oom Daedalus. Beiden zijn geïnteresseerd in techniek en mechanica. Daedalus deelt zijn inzichten met zijn neef maar ziet na een tijdje dat er elke dag iets nieuws verschijnt in hun gezamenlijk atelier. Allemaal nieuwe uitvindingen van Perdix. Zo liepen ze bijvoorbeeld vorige week nog samen op het strand en verzamelde de jonge man de ruggengraat van een grote vis, de kaak van een slang en botten van een groot dier. Een paar dagen later – na enig gestoei en geknutsel met beiteltjes, stukjes ijzerdraad en het kaakbeen – toont Perdix een zaag (geïnspireerd door die ruggengraat) en een passer. Hij maakte die passer door twee botten – met ijzerdraadjes als een scharnier – aan elkaar vast te zetten. Het ene uiteinde voorziet hij van een klinknagel en het andere uiteinde is een scherp geslepen veer (pluim) die je in de inkt kunt dopen. Appeltje, eitje. Ja toch?

Ook de ronddraaiende pottenbakkersschijf staat op zijn palmares. Er wordt zelfs gefluisterd dat Perdix ook het eerste kompas heeft uitgevonden. In de roddelblaadjes in die dagen staan geruchten dat Pallas Athena – godin van de wijsheid, de handwerkslieden en de kunstenaars – een oogje heeft op dit jonge talent. Jammer genoeg bestaan noch de Griekse Privé en Story, noch dat eerder genoemde palmares – waarschijnlijk kleitabletten – niet meer om een betrouwbare fact-check te doen. Nu moeten we (jullie) het stellen met de woorden van verhalenvertellers-met-een-dikke-duim, zoals ondergetekende. Vandaag de dag zijn zo’n schijf, een zaag en een passer eenvoudige instrumenten maar in die tijd … je kunt je dus gemakkelijk inbeelden dat Daedalus stikjaloers is op de vindingrijkheid van zijn neefje. Hoe lang gaat dit nog goed? De leerling die zijn meester overtroeft …

Wordt (gauw) vervolgd.

ps. De bronnen die ik gebruik zal ik later vermelden, als ik ben uitverteld.

In de serie: DAEDALUS EN ICARUS en BEELDENDE KUNST

Een tag over vliegen

13 zondag nov 2016

Posted by Koen in Afrika, Azië, Familie, Reizen

≈ 13 reacties

Tags

Athene, Griekenland, Johannesburg, Kenia, KLM, Maputo, Reizen, Scandinavië, Tag, Vliegtuig, Vrienden, Werner

Ik zag een reis#tag bij GoYvon en bij ‘Op reis met Co’. Leuk om deels over te nemen en deels om er mijn eigen vragen bij te bedenken.

Wanneer maakte jij je allereerste vliegreis?

Op deze vraag moet ik twee antwoorden geven. Mijn luchtdoop en mijn eerste vliegreis. Toen ik elf of twaalf jaar was werd ik de gelukkige winnaar van een ballonwedstrijd. Mijn ballon was vanuit Boechout helemaal naar Duitsland gevlogen. Het kaartje werd terug gestuurd en ik won een helikoptervlucht. Vertrek en aankomst in Sint Katelijne Waver. Een klein half uurtje zat ik naast de piloot. Achter me zaten nog twee mensen. We vlogen van Mechelen over Duffel, Hove, Boechout, Lier en weer terug naar het vertrekpunt. Een ontzettend mooie ervaring. Geweldig. Volgens mij heeft mijn vader een super 8 filmpje gemaakt van vertrek en aankomst. Mijn eerste vliegreis was vele jaren later. Brussel – Athene in de zomer 1977. Ik was toen twintig.

Vanaf welke luchthaven vertrok je?

Zaventem. De luchthaven van Brussel.

Met welke maatschappij vloog je?

Sobelair. Een dochter-onderneming van Sabena. Allebei al lang op de fles.

Vloog je alleen of met iemand anders?

Met Werner W. Een vriend uit Boechout. Hij had al een paar keer eerder gevlogen. Ik was het groentje. Zijn ouders brachten ons naar het vliegveld. Ik kwam daar voor het eerst. Werner en zijn ouders waren daar regelmatig te vinden. Ik denk dat we hen vandaag ‘vliegtuig-spotters’ zouden noemen.

Wat herinner je je nog van die vlucht?

Tommy Cooper. De Britse komiek. Niet de man met de rode fez maar een dubbelganger. We hadden hem al gauw in de smiezen en lachten om de opvallende gelijkenis. Zeker toen hij het hele zakje zout over zijn salade knoeide en een glas tomatensap omstootte. We schreven over hem in ons reisdagboek. En we zagen door het mooie weer de Schlern, een berg met berghut in de Dolomieten, waar we een week eerder hadden gewandeld en overnacht.

Op welke luchthaven kwam je aan?

Athene. Ik weet niet meer of deze luchthaven een naam had in die tijd.

Wat deed je op je (vakantie)bestemming?

Van de luchthaven met een taxi naar het stadscentrum van Athene. Een goedkoop hotel op Plaka en daarna de stad in. Later naar Kreta, Santorini en nog een paar andere eilanden. Drie weken later vertrokken we huiswaarts. Athene – Brussel.

Wanneer maakte je je tweede vlucht?

Een paar maanden later. Opnieuw met Werner. De vlucht London Heathrow – Belfast. Eerst met de trein naar Oostende. De boot naar Dover. De trein naar Londen. De metro naar Heathrow. En daar werden we naar een zwaar bewaakt gedeelte gebracht. Voor het eerst in mijn leven werd ik gefouilleerd. Het IRA was nog erg actief in die dagen. Er werden geen risico’s genomen. Voor deze vlucht kon je toen geen ticket op voorhand kopen. Dat deed je bij de terminal op het vliegveld. Elke twee uur vertrok er een nieuwe vlucht naar Belfast (Noord Ierland). Het voelde als een ‘busverbinding-door-de-lucht’.

Hoeveel keren heb je tot nu toe gevlogen?

Ik weet het niet. Dat zeg ik niet om op te scheppen. Ik ben de tel al jaren kwijt. Tot 2002 denk ik dat ik ongeveer zestig keer heb gevlogen. Misschien iets vaker. Altijd om op vakantie te gaan. Korte vakanties of City-trips. Canarische eilanden, naar de Balearen, Griekenland. Met de vrienden naar Spanje, Portugal, Turkije en Italië. Naar de Verenigde Staten. En vanaf najaar 2002 werd mijn werk internationaler. Ik vloog dus vaak naar werkafspraken. Eerst naar Scandinavië en vanaf 2003 ook naar Afrika.

Op het vliegveld van Kopenhagen (eind 2002)

Op het vliegveld van Kopenhagen (eind 2002)

Ik herinner me bovenstaand vliegtuig nog goed. Kopenhagen (Denemarken). Een lange wandeling van de internationale terminal van Kastrup naar de terminal voor binnenlandse vluchten. Ik vond dat een bijzondere ervaring. Ik vloog naar Århus met SAS. Ik herinner me dat je bij het naar buiten lopen een papieren zak kon meegraaien met daarin een muffin, een broodje en een mars. Op het vliegtuig kreeg ik een beker koffie en een flesje water. Van begin 2003 tot eind 2014 vloog ik jaarlijks tussen de tachtig en de honderd keer. Bijna altijd voor het werk. Sindsdien vlieg ik veel minder vaak. Soms op vakantie. En op en neer tussen mijn twee thuizen – zo’n driemaal per jaar. Dat zijn dan gemiddeld tien, twaalf vluchten per jaar.

Wat was je beste vlucht ooit?

Oei. Moeilijk om te kiezen. Onze eerste keer Schiphol Amsterdam – JFK New York was bijzonder. Voor het eerst naar de VS. Met Singapore Airlines. Zij werden toen als beste airline ter wereld beschouwd. De ongevraagde en toch gekregen upgrades later naar Business Class mogen er natuurlijk ook wezen. Met KLM en Emirates vlieg ik graag. LAM, Ryanair of Ethiopian Airways zijn een heel ander verhaal. Niet mijn favorieten en dat is een understatement.

Wat was je ergste vlucht ooit?

Als ik alle vertragingen even niet meereken dan is de binnenlandse vlucht Tete – Maputo met LAM de ergste vlucht ooit geweest. Dit is een vlucht van noord naar zuid in Mozambique. Gemiddeld duurt deze vlucht 2,5 uur. Op deze bewuste dag in 2015 was er eerst een eindeloze vertraging. Bijna vijf uur later vertrok het vliegtuig – onaangekondigd – eerst naar Nampula. In het oosten van het land. Landen tijdens een apocalyptisch onweer is geen pretje voor de piloot. Ook niet voor de passagiers. Weer lang wachten en tenslotte de vlucht naar Maputo. Ik denk dat de aankomsttijd in het holst van de nacht bijna acht uur later was dan gepland.

Ben je ooit bagage verloren bij een vliegreis?

Breek me de bek niet open. Heel vaak. Echt heel vaak. Bijna altijd is de bagage uiteindelijk wel gevonden. En er was een tijd dat er altijd wel iets aan de hand was met mijn bagage als ik via Johannesburg vloog. Gemiddeld denk ik dat het drie keer goed gaat en één keer gaat het mis. Dat is dus 25% kans op gedoe en administratieve rompslomp.

Heb je ooit een vlucht gemist?

Jazeker. Verschillende keren. Een keertje een vlucht Brussel – Londen. Ik werd weggebracht met de auto. Er was een ongeluk gebeurd op de A1, ergens tussen Mechelen en Vilvoorde. Het verkeer stond bijna twee uur stil. Gevolg: te laat bij de incheck. Gelukkig gaan er veel vluchten naar Londen en haalde ik mijn vlucht Londen – Johannesburg nog wel. Op Johannesburg Airport heb ik een keer slecht opgelet en zat ik te lang te lezen. Ik miste mijn vlucht naar Dar es Salaam. Ik moest wachten tot de volgende dag. Gelukkig zonder bij te betalen.

Wat is de kortste vlucht en wat was je langste vlucht?

Mijn kortste vlucht was Zanzibar – Dar Es Salaam. Nauwelijks een kwartiertje. In een klein propeller-vliegtuig naast de piloot zitten. Achter mij nog een tiental passagiers. De langste vlucht weet ik eigenlijk niet. Beijing – Amsterdam of Frankfurt – Johannesburg of Johannesburg – Sao Paulo of Amsterdam – Atlanta of Parijs – Reunion?

Heb je nog andere vliegreizen waar je iets over wilt vertellen?

In Entebbe (Oeganda) stond ik een keer 24u te vroeg op het vliegveld. Dat was dus lang wachten maar dat was nog niet alles. De volgende dag had onze aansluitende vlucht Nairobi – Maputo een technisch mankement. Dat werd nog een extra nacht in Kenia. Dat was dus meer dan 48u later aankomen dan verwacht. Ook onze huwelijksreis in 2013 eindigde met een grote vertraging. Het internationale vliegveld van Nairobi stond in brand. Ik kwam uiteindelijk 72 uur later aan in Nederland.

En ik werd een keertje foutief overgeboekt. In plaats van een vlucht Frankfurt – Johannesburg strandde ik tijdelijk op het vliegveld van Accra in Ghana. Daar moest ik het maar uitzoeken. In Roemenië werd ooit mijn binnenlandse Tarom vlucht Boekarest – Iaşi geschrapt wegens onweer. Dat werd dus verder reizen met de trein, de volgende dag.

En de meeste bijzondere incheck was in Jimma (Ethiopië). Daar was nog geen apparatuur om de bagage te controleren. Alles, maar dan ook alles, werd met de hand betast en gecontroleerd. Gemiddeld zo’n tien minuten per koffer. De wachtruimte was een gebouw met een zinken dak, niet veel groter dan een klaslokaal. Een gedeeltelijk glazen wand die zijn beste tijd had gehad met daarin twee deuren (glas met een aluminium frame). Op de deuren had een grapjas briefjes opgehangen met de tekst “Gate 1” en “Gate 2”.

En de volgende vliegreis gaat naar …?

Als alles volgens planning verloopt, vlieg ik binnenkort van Maputo naar Doha. Waarschijnlijk met een stop-over in Johannesburg. Met Qatar Airways. Daarna doorvliegen naar Amsterdam.

Naar de tandarts in Athene

17 woensdag aug 2016

Posted by Koen in Eten en Drinken, Olympische Spelen, Reizen

≈ 7 reacties

Tags

Athene, Griekenland, Olijf, Olympische Spelen, Reizen, Tandarts, Vrienden

Mijn twee weken vol nostalgie. Mijn Olympische steden serie. En dat terwijl ik twee weken geleden dacht om eens lekker te schrijven over sport in het algemeen en de Olympische Spelen in het bijzonder. Het loopt anders. Zo gaat dat als je schrijft zonder echte planning of schema’s vooraf. Vandaag een herinnering uit 1977. In Athene.

Een primeur. Voor het eerst met een vliegtuig op vakantie. Sobelair vanuit Zaventem. Drie weken met de rugzak, een tentje, samen rond zwervend met vriend Werner. We beginnen onze vakantie in Athene en na een paar dagen reizen we door met een lokale bus naar Rafina. Via Marathon – om nog even een link te hebben met de Olympische Spelen. Later nemen we de boot naar Kreta en belanden ook nog op Santorini en Mykonos. We slapen meestal op het strand. Soms boven op een dak of in een park. Dat zeulen met een tentje is eens maar nooit weer. We eten voor het eerst souvlaki, bifteki en dolmadakia. We drinken ouzo, retsina  en in Georgioupoli proeven we iets ‘raars’. Klaargemaakt door onze Duitse hippie-buren op het strand. Deze schoonheid voegde knoflook, peper, zout en snippers komkommer toe aan haar yoghurt. He? Yoghurt eet je toch met suiker of honing? Ik proefde. Ik proefde nogmaals. Best wel lekker met een stukje brood. Werner bleef zijn twijfels houden.

Nu – anno 2016 – weet natuurlijk iedereen dat ik het over tzaziki heb. Toen een volslagen onbekend gerecht in Vlaanderen. De wereld was toen nog veel groter. Griekse gerechten waren totaal onbekend. In mijn jonge jaren aten we alleen seizoens-gebonden groenten. Enzovoort.

“Waar blijft die tandarts van de titel?” Goed terug naar Griekenland 1977. Op Naxos zitten we bij een strandtentje en doe ik me tegoed aan alle lekkernijen op kleine bordjes. Ook een soort koude spinazie met knoflook. Ik neem een flinke hap en … ‘knak’ … ik bijt op een kleine zwarte olijf die per ongeluk in de spinazie zit. AUW. Godskolere …. auw auw auw. Ik voel dat er een flink stuk tand afbreekt. Pijnscheuten als pijltjes-met-mes-scherpe punten ergens in mijn achterhoofd en nek. Ik kruip in mijn slaapzak. Ik neem een aspirientje. We hadden gelukkig al een kaartje voor de boot de volgende ochtend naar Athene.

Na aankomst in Piraeus gaan we op zoek naar een tandarts vlak bij een hotelletje waar we een kamer reserveren. Vanaf nu herinner ik me alles in zwart wit. We lopen een donker trappenhuis in en lopen naar de tweede of derde verdieping – aan de achterzijde. Daar is het ‘kabinet’ van een tandarts. We gaan binnen. Een bureau met een assistente en een paar houten stoelen. De wachtkamer. Ik ben gauw aan de beurt. De tandarts begroet me. Eerst in het Grieks en dan in nauwelijks verstaanbaar Engels.

οδοντίατρος

οδοντίατρος

Ik mag meegaan. Werner blijft achter. Enkel een glazen wandje – mat glas – is de afscheiding tussen ‘praktijk’ en ‘wachtruimte’. Hij vraagt wat er aan de hand is. Hij draagt een witte doktersjas en een brandende sigaar tussen zijn lippen. Ik ga in de stoel zitten. Hij kijkt en stopt wat instrumenten in mijn mond. Het zweet – angstzweet – loopt over mijn rug. Ik ben drijfnat. Hij zegt voor het eerst: “Don’t be afraid sir.” Hij zal het nog vaker herhalen. Hij zet een klem tussen boven- en onderkant van mijn gebit.

Don't be afraid sir

Don’t be afraid sir

Ik kan niets zien. Wel voelen. En fantaseren. Hij zet een tang op mijn afgebroken tand en begint te wringen en te wrikken. Ik kreun en kerm. Ik grijp me vast aan de armleuningen. Hij herhaalt zijn favoriete zin: “Don’t be afraid sir”. Door mijn oogleden vol tranen zie ik de as van zijn sigaar op mijn korte broek vallen. In mijn kruis om precies zijn. Een paar minuten later is hij klaar. De tand getrokken. Zonder enige verdoving. Mijn mond vol bloed. Ik spoel en spuug alles uit in een witte, emaille kom. Hij propt watjes in mijn mond. Ik sta op. Licht wankelend. Hij gaat me voor naar zijn assistente en schrijft een briefje voor de apotheker op de benedenverdieping. Het zijn twee witte pilletjes. Tabletten. Pijnstillers. Ik moet onmiddellijk naar bed gaan. Proberen te slapen. De apotheker herhaalt de woorden van de tandarts. Eerst een half pilletje nemen met water en dan proberen te slapen. Als je wakker wordt en je hebt nog pijn – neem dan het tweede halve tabletje. Het is eind van de middag. Van Werner begrijp ik dat hij even hard heeft gezweet dan ik. Hij hoorde mij namelijk kreunen en kermen en steeds maar die woorden … “Don’t be afraid sir”.

En zo gauw mogelijk naar bed

En zo gauw mogelijk naar bed

Ik ga onder zeil met een half pilletje en barstende koppijn. Ik word veertien uur later wakker. Ik slaap NOOIT diep en lang. En al zeker niet aan één stuk. Ik heb nog nooit zolang geslapen. Dat pilletje kon zelfs een olifant omleggen. Ik had een zeurderig gevoel maar geen pijn meer. Een ongemakkelijke mond, een holte waar voorheen een tand zat. Alsof je net bent verhuisd en nog niet bent gewend aan je nieuwe omgeving. Ik besloot dat ik geen nieuwe dosis pijn-killer nodig had. Ik spoelde de overschot door de wc. En wonderlijk genoeg liep ik twee dagen later weer fluitend door Athene.

In de serie: Olympische Spelen (Steden)

Een onzinnig lijstje

04 donderdag aug 2016

Posted by Koen in Olympische Spelen, Reizen, Sport

≈ 7 reacties

Tags

Antwerpen, Athene, Beijing, Familie, Ine, Isabel, Lijstje, Lillehammer, Olympische Spelen, Oslo, Reizen, Rio de Janeiro, Rome, Sport, Steden, Vakantie, Wyns

De Olympische zomerspelen komen d’r aan, dat zal nauwelijks iemand zijn ontgaan. Ik hou van sport (kijken). Ik ga de komende weken zo nu en dan wat schrijven over de Olympische Spelen of over sport. Wees gerust, geen wedstrijdverslagen. Gewoon wat associaties. Dingen die ik me herinner en dat is echt niet alleen maar sport gerelateerd. Dus ook de sport-haters hoeven niet af te haken, denk ik toch. Neem nu vandaag, gewoon een onzinnig lijstje van wereldsteden. Steden waar de Olympische spelen (zomer en winter) zijn georganiseerd. En dan vermeld ik erbij of ik er wel of niet ben geweest. Als bezoeker, als toerist en soms om te werken. Maar nog nooit ben ik bezoeker geweest tijdens de Spelen. Alhoewel dit wel op mijn bucket list staat.

Rio 2016

Rio 2016

Athene (1896) – ja, heel wat keren geweest. In 1977 voor het eerst. Parijs (1900) – ja, zelfde antwoord. Saint Louis (1904) – nee. Londen (1908) – ja, zelfs onlangs nog een keertje. Stockholm (1912) – ja, tussen 2002 en 2004 kwam ik er vaak om te werken. Antwerpen (1920) – ja, natuurlijk. Ik heb er jaren op school gezeten – op de VIIde Olympiadelaan, recht tegenover het Olympisch Stadion op het Kiel – thuishaven van den Beerschot. Parijs (1924) – ja. Amsterdam (1928) – ja, ik heb er wel nooit gewoond maar ik kom er toch gauw vijftien keer per jaar. Los Angeles (1932) – ja, tijdens een vakantie en rondreis door het westen van de Verenigde Staten. Ik vond Los Angeles helemaal niks. 100 km snelweg, eindeloze rondwegen en honderden wijken. Geen hart. Geen stad. Berlijn (1936) – ja, tien dagen met Ine, nog voor de muur was gevallen / afgebroken (1981). Londen (1948) – ja.  Helsinki (1952) – nee. In 2006 was ik van plan om Helsinki te bezoeken. Met de ferry van Talinn in Estland naar Finland maar de Baltische staten bevielen me zo goed dat ik de overtocht niet heb gemaakt. Helsinki staat nog wel hoog op mijn verlanglijstje. Melbourne (1956) – nee. Rome (1960) – ja, verschillende keren. Vorig jaar nog met mijn hele familie (de Nederlandse, Vlaamse en de Mozambikaanse). En ik vierde er een keertje Oud en Nieuw en een paar jaar later mijn veertigste verjaardag. Tokio (1964) – nee. Het zijn wel de eerste Spelen waarvan ik me iets herinner. De gouden medaille van Gaston Roelants op de 3000 meter steeple. Mexico Stad (1968) – nee. Ook een stad van mijn bucket list. München (1972) – ja. Een half-dag-bezoekje en er vaak langs gereden. Montreal – (1976) – nee. Veel van deze Spelen heb ik in het ziekenhuis gezien na een foute behandeling van klierkoorts (kuskes-ziekte) / ziekte van Pfeiffer. Moskou (1980) – ja. Vier dagen in de Russische hoofdstad, bij het begin van mijn Trans Siberië Express avontuur. Mooie stad. Los Angeles (1984) – ja. Seoel (1988) – nee. Op de dag van de opening van de Spelen kochten we een nieuwe televisie bij V&D in Leeuwarden. We hadden bijna een jaar geen tv gekeken nadat het afdankertje van mijn schoonouders het definitief had begeven. Barcelona (1992) – ja. Verschillende keren. Voor het eerst als kind in 1964. Het was jarenlang onze lievelings-stad in Europa, met zeer regelmatige lange-weekend-bezoeken. Atlanta (1996) – ja. Onze rondreis door het Diepe Zuiden van de Usa begon en eindigde in Atlanta. Sydney (2000) – nee. Australië trok me heel lang niet maar nu ik er relatief veel dichterbij woon, denk ik dat het niet meer heel lang zal duren om down under een keer te bezoeken. Athene (2004) – ja. Maar het is alweer veel te lang geleden dat ik in Griekenland was.

Olympische Spelen 2008 Beijing

Olympische Spelen 2008 Beijing (*)

Beijing (2008) – ja. Ook vier dagen Peking, aan het eind van dezelfde reis die in Moskou begon. En precies twintig jaar later kocht ik – weer op de openingsdag van de Spelen – een nieuwe televisie. Nu bij de Mediamarkt in Bergen op Zoom. Londen (2012) – ja. En ook begin oktober ben ik er weer (even).

Isabel en Koen - Corcovado - Cristo Redentor (2011)

Isabel en Koen – Corcovado – Cristo Redentor (2011)

Rio de Janeiro (2016) – ja. Samen met Isabel verbleven we in 2011 twee keer een paar dagen in Rio. Mooie herinneringen aan deze stad die (toen) droomde van een mooie toekomst … wereldbeker voetbal in 2014, Olympische Spelen in 2016.

Voor de volledigheid – ook het Winter-lijstje. Chamonix (1924) – ja. Een mooie camping aan de voet van de Mont Blanc. Hartje zomer wel te verstaan. Sankt Moritz (1928) – nee. Lake Placid (1932) – nee. Garmisch Partenkirchen (1936) – nee. Wel blijft deze winter-sport-plaats voor altijd verbonden met Nieuwjaar – schansspringen. Tv kijken en daarna naar het familiefeest bij Nonkel Gust. Sankt Moritz (1948) – nee. Oslo (1952) – ja. Heel vaak – sinds 2002. Altijd voor werk. Cortina d’Ampezzo (1956) – nee. Squaw Valley (1960) – nee. Dit is de enige plaats in deze onzinnige lijst waar ik werkelijk niets over weet. Innsbruck (1964) – ja. Ik ben er in de jaren 70 vaak geweest als begeleider van jeugdkampen. De eerste keer dat ik met eigen ogen een olympische spring-schans zag (in de zomer) was in Innsbruck. Ik was diep onder de indruk. Zo steil. Zo diep. En in de verte / in de diepte … het kerkhof van Innsbruck. Grenoble (1968) – ja. Ik antwoord ‘ja’ maar ‘nee’ is meer op zijn plaats. Ik ben verschillende keren via Grenoble gereden, vorig jaar nog, maar nooit in Grenoble gestopt. Sapporo (1972) – nee. De eerste winterspelen waar ik me iets van herinner. Met dank aan Ard Schenk. Innsbruck (1976) – ja. In diezelfde zomer heb ik de olympische bobsleebaan bezocht. Lake Placid (1980) – nee. De eerste Winterspelen die ik uitgebreid – schaatsen en ijshockey – heb gezien. Ik woonde toen net een paar maanden in Boelenslaan (Friesland). Met de onmogelijke vijf gouden medailles van Eric Heiden. Sarajevo (1984) – ja. Een paar dagen op de stadscamping gestaan en de stad (in wederopbouw) veelvuldig bezocht. In mijn eentje in 2007. Een paar jaren na de burgeroorlog. Calgary (1988) – nee. Ik herinner me deze winterspelen vooral omdat ik vaak met Rob (in Wyns) schaatsen zat te kijken. Albertville (1992) – ja. Ook in de zomer. En alweer op een camping. Mooie berg-wandelingen gemaakt vanuit Albertville. Lillehammer (1994) – ja. Ik ben er zowel in de zomer als in de winter geweest. Aanleiding was altijd werk. 2002 / 2004.

Koen in Lillehammer (2003)

Koen in Lillehammer (2003)

Ook hier stond ik ooit – in de winter dit keer – boven op de olympische springschans. En ik heb er zelf op de lange latten gestaan. Langlaufen. Bij mij was het eerder ‘sneeuw-krabbelen’. Nagano (1998) – nee. Salt Lake City (2002) – nee. De hoofdstad van Utah. Ik was er twee keer dichtbij maar we kozen steeds voor een National Park en niet voor een Mormoonse kerk / tempel. Turijn (2006) – ja. Of nee. Eenzelfde antwoord als Grenoble. Verschillende keren langs gereden maar nooit echt bezocht. Vancouver (2010) – nee. Ik heb ooit overwogen om die kant op te gaan maar tot op heden is het er niet van gekomen. Sotsji (2014) – nee. En de plaats van de Winterspelen in 2018 kan ik nog steeds niet uitspreken, laat staan opschrijven.

(*) Over de 5 km foto. Deze foto maakte ik in de zomer van 2009 in een park in Beijing. Een stille, nagelaten getuigenis van de zomerspelen, één jaar eerder. De (blauwe) ideale lijn voor marathon-lopers. Hier het 5 km punt, nog iets minder dan 40 km en dan zijn de lopers weer terug in het legendarische ‘Vogelnest’ – Olympisch stadion van Beijing.

In de serie ‘Olympische Spelen’.

Welkom

Een paar keer per week een stukje met een foto. Soms een link of een filmpje. Niet echt een dagboek; meer iets wat me opvalt, me bezig houdt, iets wat me blij of boos maakt. Vaak over mijn dagelijks leven met Isabel. In Nederland of in Mozambique. Tijdens het werk en/of op vakantie. En met grote regelmaat vertel ik iets over de boeken die ik lees.
Ik kijk uit naar je reactie.

Follow Koen Schyvens on WordPress.com

Ik luister nu

Ik lees nu

Ik kijk nu / wij kijken nu

Koen twittert (af en toe)

  • RT @GunayUslu: Doodsbedreigingen aan het adres van schrijvers, kunstenaars, makers zijn onacceptabel. Ongeacht hoe je hun werk interpreteer… 3 days ago
  • @ferre_wyckmans Broeder Valentinus 1 week ago
  • Bescherm het Tanganykameer vrt.be/vrtnws/nl/2023… 3 weeks ago
  • Bescherm de Waddenzee. partijvoordedieren.nl/nieuws/bescher… 3 weeks ago
  • @HeidiTee71 Dune 4 weeks ago
Follow @KoenSchyvens

Zomaar een foto uit mijn blog-archief

Ja, ik weet ... meligheid troef.

Reacties op mijn stukjes …

jankrosenbrink op Pim Lammers
trienettes op Pim Lammers
rietepietz op Pim Lammers
Koen op Pim Lammers
Koen op Pim Lammers
Koen op Pim Lammers
Menck op Pim Lammers
loesje op Pim Lammers
loesje op Pim Lammers
rietepietz op Pim Lammers

Hier blog ik over …

1000 vragen Afrika Auto Avek Beeldende kunst België Bergen op Zoom Bloggen Blogs Boechout Boeken Corona Corso Culinair Dans Dieren E-boek Facebook Familie Film Foto Frankrijk Friesland Geschiedenis Goes Griekenland Huwelijk Ine Internet Isabel Jardim Kerstmis Koken Krant Leeuwarden Lezen Maputo Matola MDLM Media Mozambique Muziek Nederland Noorwegen Nostalgie Parijs Politiek Portugal Prijsvraag Reizen Schilderij Schrijven Sport Tanzania Televisie Terschelling Theater Thriller Toneel Traditie Tuin Twitter Umoja Usa Vakantie Vertellen Voetbal Vrienden Wandelen Weblog Wielrennen Wyns YouTube Zuid Afrika Zundert

Meest gelezen berichten vandaag

  • Pim Lammers
    Pim Lammers
  • Yaniv
    Yaniv
  • Amor en Psyche (naschrift)
    Amor en Psyche (naschrift)
  • Kleurenblind
    Kleurenblind
  • Bloot in het museum
    Bloot in het museum
  • Waar ben ik - de uitslag (4)
    Waar ben ik - de uitslag (4)
  • Daedalus en Icarus (9)
    Daedalus en Icarus (9)
  • Afwisseling
    Afwisseling
  • Het genie showt zijn IQ
    Het genie showt zijn IQ
  • Vastenavend in 't Krabbegat
    Vastenavend in 't Krabbegat

Mijn archieven per maand

Mijn blogkalender

februari 2023
M D W D V Z Z
 12345
6789101112
13141516171819
20212223242526
2728  
« jan    

Categorieën

  • Actualiteit (438)
  • Afrika (711)
  • Azië (47)
  • Boeken (181)
  • Eten en Drinken (289)
  • Europa (18)
  • Familie (423)
  • Fictie (14)
  • Foto (151)
  • Internet (195)
  • Jukebox (3)
  • Koekjestrommel (21)
  • Kunst en Cultuur (412)
  • Latijns Amerika (27)
  • Muziek en liedjes (7)
  • Natuur (166)
  • Nostalgie (357)
  • Olympische Spelen (9)
  • Onderwijs (5)
  • Politiek (138)
  • Radio (22)
  • Reizen (414)
  • Religie (40)
  • Repertoire (10)
  • Schrijven (64)
  • Sport (75)
  • Studie (6)
  • Taal (6)
  • Televisie (135)
  • Toekomst (11)
  • Tuinieren (22)
  • Uncategorized (4)
  • Verbouwing (14)
  • Wetenschap (5)
  • WK 2014 Brazilië (14)
  • Zielenroerselen (277)

Weblogs die ik regelmatig volg

Aantal blog hits

  • 432.804 hits

Zoek op mijn blog

Follow Koen Schyvens on WordPress.com

Maak een gratis website of blog op WordPress.com.

erieblogt

Erie's bespiegelingen

Maartjes Moves

On the road again

Een jaar op reis door Afrika

jacomingaroundtheworld.wordpress.com/

jacoming around the world

Emigreren naar Kreta

Onze tocht naar het verwezenlijken van onze droom

GoAnnelies

Passie als toverwoord

Welkom op Karels WP

wil van mijn bezoekers een glimlach ontfutselen

Beaunino loopt de Camino

‘Gewoon doorlopen!’

ZICHTBAAR ALLEEN

Een blog over poëzie

Millennial op reis

Loop met deze millenial in zeven sloten tegelijk

footsteps abroad

Sprekershoek

Eriks Keek op de Week en Andere Ongemakken

LOLA LOVES CHAMPAGNE

A little sparkle to brighten your day.

second part of my life

Geluk volgt uit tevredenheid en tevredenheid is een keuze

apenstaartjeweblog

staart logt

renehoeflaak.com

bloggen, reizen, mensen, plekken, bewegen

De niet genomen weg

Fietsen, wandelen, foto's, gedachten en meer.

Mainzer Beobachter

Blog van Jona Lendering

Afanja's Weblog

Foto's út Fryslân en omkriten

Lucrèce Matthijs schrijft Luc-RAAK

blogger - copywriter - storyteller - columnist - speechschrijver

eddiesblog2016

omabaard

oma van 5 prachtige kleinkindjes

FiveSonsBlog

zeverzin

verzen en andere oefeningen in schoonheid

De dingen des levens !

Dagdagelijkse dingen die je nergens anders leest.

maxvanhemel.wordpress.com/

potloodtekenaar, verteller, curator en cultuurminnaar

TOOS&ART

Beleef de wereld van beeldend kunstenaar TOOS van Holstein, haar kunstleven, haar ervaringen, haar ideeën

groengenot

Over genieten en ecologisch bezig zijn...

Cultuur Overal

Impressies, tips, berichten en recensies

Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Privacy en cookies: Deze site maakt gebruik van cookies. Door verder te gaan op deze website, ga je akkoord met het gebruik hiervan.
Voor meer informatie, onder andere over cookiebeheer, bekijk je: Cookiebeleid
  • Volg Volgend
    • Koen Schyvens
    • Doe mee met 209 andere volgers
    • Heb je al een WordPress.com-account? Nu inloggen.
    • Koen Schyvens
    • Aanpassen
    • Volg Volgend
    • Aanmelden
    • Inloggen
    • Deze inhoud rapporteren
    • Site in de Reader weergeven
    • Beheer abonnementen
    • Deze balk inklappen
 

Reacties laden....