Ruim een maand geleden stelden we een weekend-uitstapje naar Zuid-Afrika uit want ‘Freddy’ was onderweg naar de Afrikaanse oostkust. Zoals je vast wel weet krijgen cyclonen en tropische stormen een naam. Freddy hield huis op Madagascar en was op weg naar Mozambique. In de regio rond Vilanculos zou deze snoodaard aan land komen. Wij – bijna 700 kilometer meer zuidelijk – kregen af en toe stevige buien en wat windstoten te verduren. Niets bijzonders. Hier geen omgewaaide bomen.
Ik dacht dat het dit keer wel meeviel. Onvergelijkbaar met Idai en Kenneth vier jaar geleden. Zodoende gingen we in op een uitnodiging om een weekendje in Bilene door te brengen. Het waren heerlijke en ontspannen dagen. Maar onze gastheer Gaspar belde bijna elke twee uur met zijn moeder in Quelimane. Hij was ongerust. En waarom? Omdat ‘Freddy’ besloot om nog een keertje langs te komen. Dit keer in de noordelijke provincie Zambezia. Freddy houdt al meer dan 30 dagen aan. Sinds zaterdagnacht is bellen met die regio haast niet meer mogelijk.
Het gebeurt maar af en toe dat Mozambique opduikt in het Nederlandse nieuws. Dat is in bijna alle gevallen wegens slecht nieuws.‘Tropische storm Freddy maakt in maand tijd meer dan 130 slachtoffers.’ Las je dit NOS-artikel? Waarschijnlijk nog niet. Hoorde je er iets van op de radio en televisie? Staat er iets over in je eigen krant?
Laat deze tussendoor-zinnetjes eens tot je doordringen … ‘Ook in Mozambique zijn de gevolgen groot. Daar hebben volgens de VN bijna een half miljoen mensen hulp nodig.’ Een half miljoen …
Ik schreef vaker over cyclonen op mijn blog. Klik HIER. Club of Mozambique is een Engelstalige internetkrant. Klik HIER. Of HIER voor een nieuwsbericht met foto’s in het Portugees.
En morgen mogen Nederlanders stemmen voor het waterschap en de provincie. Ik hoop dat veel mensen zich realiseren dat het de hoogste tijd is om prioriteit te geven aan klimaat en natuur. Ik hoef geen stemadvies te geven maar het mag duidelijk zijn waar mijn loyaliteit ligt.
Mogelijk schrijf ik later wat meer over beide heren. Zij hebben elkaar niet gekend. Zij zijn overleden op dezelfde dag.
Vic Anciaux – Eddie Bogaert
Zoals ik vrijdag al meldde, schrijf ik nu (een paar dagen later) ietsjes meer over deze twee mannen.
Vic Anciaux – mijn hele jeugd hoorde ik zijn naam in de gesprekken over politiek. Mijn vader en hij (de Vic) waren goede jeugdvrienden in Boechout. Toneelspelen, een KSA-afdeling (nieuw) leven in blazen, druk bezig met de Vlaamse zaak, enzovoort. Vic verhuisde naar Brussel en werd huisarts in Machelen. Mijn vader bleef in Boechout wonen en werd leraar op de plaatselijke middelbare school, actief in allerlei culturele verenigingen. Ze waren beide actief lid van de Volksunie. Anciaux (Vlaams nationalist) op landelijk niveau, staatssecretaris, onderhandelaar, partijvoorzitter. Mijn vader op lokaal niveau. Hij was lijstduwer en later schepen (wethouder) in Boechout. Ze spraken elkaar af en toe op (politieke)bijeenkomsten. Vic Anciaux hielp mijn Kosovaarse (pleeg)zus met de juiste adviezen voor haar naturalisatie. Na zijn pensionering was Vic Anciaux een boegbeeld voor Kom op tegen Kanker acties. Hij bezocht de begrafenissen van mijn beide ouders in Boechout.
Eddie Bogaert – in 1999 leerde ik deze enthousiaste Zeeuw kennen. Hij was op dat moment voorzitter van de GOV (Goese Operette Vereniging). Dit amateurgezelschap – tegenwoordig Muziektheater Zeeland – wilde destijds de bakens verzetten. Een verjonging van zowel leden als publiek en naast operettes veel meer musicals en heel af en toe een uitstapje naar opera. Ik werd in 2000 gevraagd als regisseur van een nieuwe musical: Zacharias Jansen. Ik had een grote inbreng. Mocht het scenario deels aanpassen, had een vinger in de pap bij de kostuums en het decor. Ik kreeg de artistieke touwtjes in handen. Marjolein – de vrouw en grote liefde van Eddie – speelde en zong de vrouwelijke hoofdrol. Zijn schoonmoeder was mijn regie-assistente. Mijn eerste kennismaking met het culturele wereldje van Goes en omstreken. Het was een fijne kennismaking met Eddie en zijn clubje. Een jaar later (2001) zetten we gezamenlijk onze tanden in Anatevka, Fiddler on the roof. Een musical die zelfs een tv-registratie beleefde. Ik kwam wekelijks bij Eddie en Marjolein over de vloer. In het dagelijks leven was Eddie politieagent, fanatiek Ajax-fan, volleerd wereldreiziger en wielertoerist. We kwamen elkaar met grote regelmaat tegen. In het theater, bij een wielerwedstrijd, op Facebook, bij bijzondere evenementen. We regeerden op elkaars stukjes. Hij was een gepassioneerde reis-blogger. Zijn levensmotto was Carpe Diem en zijn lievelingswoord: genieten. Na zijn pensionering werd hij oa heel actief als organisator van de Ride for the Roses. Een groots, landelijk fiets-evenement met als doel geld inzamelen voor kanker-projecten en kankeronderzoek. Die rotziekte werd hem fataal.
Wat zal ik eens antwoorden? Zeven en dan maak ik af en toe een sprongetje naar zeven min en dan weer naar zeven plus.
777. Maak je makkelijk contact met anderen?
In het algemeen wel. Dat heb ik natuurlijk vooral moeten uitproberen tijdens de vakanties in mijn eentje. Dat lukte me uitstekend.
778. Wanneer heb je voor het laatst iets nieuws geleerd?
Vandaag nog. Ik probeer te doorgronden hoe ik allerlei gegevens van mijn ene (de oude) laptop de andere (de nieuwe) laptop kan overschrijven. Morgen ben ik die kennis vast weer vergeten. Zo gaat dat ook (te vaak) met nieuwe Portugese woorden.
779. Hoe hoog is het muurtje om je hart?
Eigenlijk helemaal niet zo hoog, denk ik.
780. Doe je weleens dingen tegen je zin?
Ja. Dat doet iedereen toch wel eens. Ja toch?
781. In welk boek had je graag een rol willen spelen?
Een leuke vraag. Ik denk nu even na over de boeken die ik onlangs las of beluisterde. Assistent van Rembrandt? (Ik las ‘De schilder en het meisje’) Soms denk ik dat ik rechercheur zou kunnen zijn. Maar misschien nog meer een goede strafrechtadvocaat. En dat zijn voor mij eerder romanpersonages dan mensen die ik dagelijks ontmoet.
782. Ben je ondernemend?
Hier zou ik mezelf een zes min voor geven. Want ondernemend is toch het tegengestelde van uitstellend? Ja, ik kan best ondernemend zijn hoor.
783. Kom je altijd te vroeg, te laat of op tijd?
Op tijd. En als ik door omstandigheden toch te laat dreig te komen dan laat ik dat zo snel mogelijk weten. En ben ik te vroeg, dan wacht ik gewoon even buiten of in de auto of in een café in de buurt.
784. Hoe zorg je voor orde in je hoofd?
Werk op tijd afwisselen met andere zaken. Lezen, op reis gaan, lekker eten, een filmpje, museumbezoek, bloggen enzovoort
785. Ben je ooit ergens geweest waar je alleen maar zand of water om je heen zag?
Op een boot. Maar dan zag ik natuurlijk ook nog de boot, niet alleen de zee. Alleen zand … ja, ergens in de Sahara. Ik maakte een korte wandeltocht vanuit ons kampement. Mogelijk hier en daar nog een palmboom maar toch voornamelijk heel veel zand. Ik vond het zo sensationeel dat ik me uitkleedde en in mijn blote niks me van een hoge zandduin naar beneden liet rollen.
Ook bovenstaande foto komt deels in aanmerking als antwoord op deze vraag. Je ziet mijn geliefde dochter die mijn persoontje op handen draagt. Hahaha. De schat. De foto (2006) is genomen in een droog gevallen meer in Etosha National Park in Namibië. Ik heb soortgelijke foto’s in de Gobi-woestijn in Mongolië. Maar dat is voor een andere keer.
786. Op welke plek ga je zitten in een achtbaan?
Ik heb nog nooit in een échte achtbaan gezeten. Dan bedoel ik dus eentje die ‘over de kop’ gaat. Nee, dat is niet aan mij besteed. De andere ‘banen’ (bijvoorbeeld in de Efteling) doe (deed) ik braaf mee met mijn (klein)kinderen.
787. Wijs je iemand snel op zijn of haar fouten?
Dat hangt van de situatie af. Als leraar of regisseur hoort dat bij je taak om op het juiste moment iemand op een fout te wijzen. In mijn dagelijks leven met Isabel zal ik eerder op mijn tong bijten of zelf een mogelijke fout (van haar) herstellen.
788. Welke rol heb jij in je vriendengroep?
De organisator, de bedenker, de plannenmaker, de boeker. Ik denk nu natuurlijk aan een specifiek vriendengroepje met E, W en G.
789. Wat is het vreemdste wat je ooit hebt gegeten?
Een paar gerechten in Beijing. Ik schreef er al eens een stukje over. Klik HIER. En lang geleden ergens in Frankrijk vond ik ‘tripe’ niet helemaal mijn ding. Ik hou wel van hersentjes en zwezerik. En voor (kalf)tong mag je me wakker maken. De krokodil die ik bestelde bleek kip te zijn en de olifantslurf was een stuk rundvlees. Koedoe maak ik af en toe klaar. Raar? Niet in mijn Afrikaanse tweede huis. O ja, in Noorwegen (Trondheim) at ik een keer walvis. Een soort kerstspecialiteit als ik het me goed herinner.
790. Lees je je horoscoop?
Zelden of nooit. Heel af en toe (niet eens jaarlijks) leest Isabel mijn horoscoop voor in een of ander tijdschrift.
791. Wat is de raarste plek waar je ooit bent wakker geworden?
Op een matrasje in onze woonkamer naast een buurvrouw. Even verderop lag Ine ook op een matrasje, zij met een buurman. De man van die buurvrouw. Dat lijkt op partnerruil maar dat was het niet. Gewoon op het eind van een tuinfeestje met onze zatte koppen in slaap gevallen in onze woonkamer waar we een laatste afzakkertje namen. De buren zouden blijven slapen want zij woonden net iets te ver weg om nog veilig thuis te komen. Ons bed en slaapkamer waren gewoon één trap naar boven maar dat herinnerde ik me pas toen het licht werd. Hahaha.
Natuurlijk zijn er ook andere plekjes die bijzonder waren. Op een vrachtboot, in het schoolportiek, in dezelfde woestijn als in vraag 785, in een brandende boerderij, in een vliegtuig, op een dorpspleintje in Broek in Waterland, op een Grieks strand.
792. Zou je willen dat er iets naar je vernoemd zou worden?
Ja, maar dan moet ik nu ook nog bedenken wat dan. Wie weet kom ik daar nog eens op terug.
793. Wat doe je als je niet kunt slapen?
Lezen. Dat is het fijne van een e-reader. Daar hoef ik het licht niet voor aan te knippen. En zo’n ding weegt weinig. Hooguit één of tweemaal per jaar installeer ik me op de bank bij de televisie. En als het niet kunnen slapen te maken heeft met iets dat ik dringend moet afmaken dan sta ik op en ga naar mijn werkkamer.
794. Kun je ook bevriend zijn met mensen die totaal anders denken?
Ja, maar uiteraard zijn er grenzen. En dan weet ik niet of ik ze onder het kopje ‘vrienden’ zal scharen. Kennissen of buren waar ik vriendschappelijk mee omga, kunnen gerust totaal anders denken dan ik.
795. Hoelang zou jij kunnen overleven op een onbewoond eiland?
Waarschijnlijk zal ik dit nooit uitproberen. Maar zeg nooit nooit. Een paar dagen zal wel lukken als er water of een riviertje is.
796. Hoe vaak google je de naam van je jeugdliefde(s)?
Ik heb dat wel eens gedaan. Eerder door een toevalligheid. Ik zag de naam van een jeugdliefde voorbijkomen op Facebook. Voor- en achternaam. Of zij dat ook was, weet ik niet. Ik heb haar al meer dan 40 jaar niet gezien. Zij emigreerde lang geleden naar een ver buitenland. Ik stuurde deze vrouw een berichtje met de vraag of zij was wie ik dacht dat ze was. Ik heb nooit antwoord gekregen. Verder vond ik ook niets over haar. Waarschijnlijk gebruikt ze – als ze nog leeft – de naam van haar man want ik weet dat zij in dat buitenland is getrouwd. Ook alweer 40 jaar geleden.
797. Welk schoolvak vond je verschrikkelijk?
Scheikunde en fysica maar dat kwam ook door een vervelende leraar. Hij gaf beide vakken.
798. Welke ingrediënten mogen niet ontbreken in je favoriete taart?
Wat is mijn favoriete taart? Ik hou van taart. Een kersentaart, rijstevlaai, cheese cake, slagroomtaart. Het is moeilijk kiezen.
799. Wat zing je onder de douche?
Ik zing niet onder de douche. Hooguit kaïeter ik luidkeels als het water plots té koud of té heet is.
Ik heb lang getwijfeld of ik dit stukje zou publiceren. Het feit dat jij dit nu kunt lezen, toont aan dat ik op de knop PUBLICEER heb gedrukt. En mogelijk besluit ik over enige tijd dit logje weer te verwijderen.
En waarom deze eerste alinea? Omdat dit deels over Isabel gaat en meestal ben ik terughoudend om over haar (kritisch) te bloggen. In de rechterkolom van dit blog meld ik de lezer dat ik schrijf over wat me bezighoudt. Dat zijn vaak dagdagelijkse zaken. Een boek, een film, een uitstapje, een recept. Iets over sport of over politiek. Wat me nu al een hele tijd bezighoudt is het ontslag van Isabel. In mijn #100 tag stukje van een tijdje geleden was het woord ‘ontslag’ al opgedoken. Enkele wakkere volgers hadden dat al opgemerkt. Dat ontslag (sinds 1 februari) houdt me heel erg bezig, vandaar dat ik er toch over schrijf. Gelukkig heb ik mijn eigen werk nog. Vier dagen per week geef ik les in Maputo en ben ik van ongeveer 12u tot half 7 de hort op. Maar de nachten breng ik te vaak tobbend en piekerend door.
Toen ik Isabel voor het eerst ontmoette werkte ze al bij ‘de bank’. De bank is een paar keer van naam veranderd en ook een keer van eigenaar. Isabel bleef altijd op post en slalommende een beetje van het ene filiaal naar het andere en later van de ene verdieping naar de andere verdieping op het hoofdkantoor. Op 1 april aanstaande zou ze 15 jaar volmaken. Er zijn maar twee andere medewerkers van ‘de bank’ die er langer werken. En toch staat ze op straat.
Uiteraard ken ik maar één kant van het verhaal. Ze is al een hele tijd ontevreden, onder andere omdat ze zelden een loonverhoging krijgt en ze een onduidelijke functieomschrijving heeft. Zeker als ze weer maar eens een andere manager krijgt. Alle opeenvolgende ceo’s luisteren wel naar haar verzoek/klachten maar er veranderde zelden iets. Met haar nieuwste afdelingsbaas – een jonge ambitieuze manager – heeft het nooit geklikt. Ik denk – en dat is zeer subjectief – dat hij te veel wilde veranderen en Isabel koppig bleef vasthouden hoe zij het altijd had gedaan. Isabel is goed in NEE-zeggen, JA-zeggen is een leerpuntje. Zeg ik een beetje cynisch. Een stevige clash volgde met onduidelijke reprimandes richting Isabel. Nooit een fatsoenlijk functionerings- of beoordelingsgesprek. Deze nieuwe baas zocht daarna steun bij een directeur hogerop. Ook geen ‘vriendje’ van Isabel. Daarop volgde een lange brief met waarschuwingen richting Isabel. De details heb ik nooit goed begrepen door verhullend, juridisch Portugees taalgebruik. Maar de boodschap was duidelijk. Het was een eerste stap richting ontslag want als zij niet zou voldoen aan de eisen dan had ‘de bank’ een juridische stok om mee te slaan. Die brief dus. Met hulp van mijn schoonvader kwam er een nog langer juridisch antwoord. Officieel dus van Isabel. De brief van ‘de bank’ werd met de grond gelijk gemaakt en moest van tafel. Dat gebeurde ook. Maar uiteraard volgde een juridisch meer correcte brief. En weer een antwoord van Isabel gericht aan ‘de bank’.
De laatste dag (half december) voordat de ceo vier weken op vakantie vertrok naar Portugal werd zij ontboden op zijn kantoor. Eigenlijk was zijn vraag: “Isabel, wat moet ik aan met deze kwestie? Ik weet het niet want ik ben hier nog maar kort.” Met andere woorden een soort pat-stelling. En toen werd het half januari en toen eind januari. Isabel kreeg geen officieel ontslag maar na weer een bezoek op het kantoor van de ceo werd er een cheque (#) met dank voor bewezen diensten aangeboden. Dat heeft ze aangenomen. Ze had dat kunnen weigeren maar dan was het scenario niet moeilijk te raden. De ‘bazen’ zouden dan op elke slak zout gaan leggen en haar zo gauw mogelijk ontslaan wegens ‘wat voor obstructie dan ook’. En dan was er ook geen cheque. En ook geen ‘ww’ (of zoiets) … ik denk het, zeker niet bij zo’n soort ontslag.
Onmiddellijk verdween iets meer dan 55% van de cheque naar allerlei taksen, belastingen en een verplichte aflossing van een lening bij ‘haar bank’.
IK HEB ER DE PEST OVER IN. Waarom? Omdat dit mijn dagelijks leven heel erg beïnvloedt. Natuurlijk moet ik zeggen ONS leven. Ik ken Isabel enkel met betaald werk van maandag tot vrijdag. Dat geeft gaf een duidelijke structuur aan mijn en haar leven. Aan ons leven. Ik ben een oude man en heb flink wat ingeleverd aan geestelijke flexibiliteit. Sic. We zijn nu 10 dagen verder en ik vind het een ramp. Ik kan er niet tegen dat ik niet meer alleen in huis ben om mijn lessen voor te bereiden. Voorheen veranderde ons ‘huis’ in ‘mijn kantoor’ nadat Isabel rond half 7 was vertrokken. Nu zijn er voortdurend ’s middags anderen over de vloer, inclusief flesjes bier, whiskey en luide muziek. Vrienden. Buren. Ja … ze komen helpen met klusjes. Ja, dank daarvoor maar … rot op!
Isabel begrijpt mijn klagen niet. “Ze komen toch helpen!” We praten langs elkaar heen. Ik weet het. Ik slik veel ergernis in. Ik probeer redelijk en begripvol te zijn maar dat lukt me niet altijd. Omdat er een cheque ligt voelt ze geen onmiddellijke noodzaak om te beginnen solliciteren. Iets dat ze al 15 jaar niet heeft gedaan. Dat had ze trouwens ook al voor haar ‘ontslag’ kunnen doen. Maar dat terzijde. “Een job is meer dan alleen maar geld. Het is ook een kader met collega’s, sociale contacten en het geeft een (dagelijkse) structuur.”Ouwe-mannen-gelul. Voorlopig is het nog aan dovemansoren gericht. En ik geef het eerlijk toe … ik heb weinig geduld op dit ogenblik. Ik ben op dit moment niet de vrolijkste in huis. Ik ben mede-schuldig aan de spanning in huis en tussen ons.
Voor het eerst sinds ik haar ken, bekruipt me het gevoel (angst?) dat we mogelijk het einde van het jaar als koppel niet gaan halen. (*)
(#) Cheque … geen gouden handdruk, eerder iets van goedkoop koper of messing …
(*) Ik hoop deze laatste zin zo gauw mogelijk te kunnen verwijderen.
Begin december nam ik me voor om na Oud en Nieuw een tijdje geen alcohol te drinken. Isabel vond dat een goed idee en zou er over nadenken om dat ook te doen. (*) Tijdens de jaarwisseling was ik thuis in Leeuwarden. 31 december dronk ik samen met Hanneke een laatste glaasje port. Met een proost richting JJ ergens op zijn eeuwige jachtvelden. Als het een jonge jenever was geweest, was er vast een ‘L’Chaim’ uitgesproken richting Ine ergens bij een kampvuurtje in de buurt van de maan. En toen werd het dus januari 2023.
Ik ontdekte pas vorige week dat er internationaal zoiets bestaat als ‘Dry January’. Ik had er nog nooit van gehoord. Dus onbedoeld was ik deelnemer aan deze ‘actie’. Ik las bijna elk jaar een alcohol-vrije periode in. De ene keer een maand, de andere keer een week of zes. Ook nu had ik bedacht om tussen 1 januari en 13 februari geen alcohol te drinken. Deels om er geen dagelijkse gewoonte van te maken en deels om mezelf te bewijzen dat ik zónder kan. Op Valentijnsdag (14 februari) toast ik samen met Isabel – met echte bubbels – op de liefde. En daarna zie ik wel wat ik doe.
Toch is zo’n alcoholvrije periode niet gemakkelijk vol te houden want mijn (Afrikaanse) omgeving begrijpt zo’n beslissing maar moeizaam. Sociale druk, weet je wel! Een etentje bij mijn schoonouders zonder alcohol is bijna als ‘vloeken in de kerk’. Een aperitiefje moet toch kunnen? Even proosten met z’n allen? Weigeren is bijna een onbeleefdheid. En proosten met een leeg glas maakt een of andere spirit boos. Hahaha. Dan maar proosten met een glas water. Ook het afslaan van een cognacje kan rekenen op afkeuring. Meestal herinnert Sr. Sampaio zich dat niet want het gaat om ‘dat moment’ en hij heeft dan al heel wat glaasjes achterover geklokt samen met zijn andere gasten. Inclusief mijn lieftallige ega.
Vorige week was Sr. Oswaldo – een vriend en buurman – jarig. Dat werd op onze veranda gevierd. Inclusief taart aansnijden en proosten met bubbels. Een traditie in Mozambique. Ik was erop voorbereid. In de ijskast stond een flesje bruiswater klaar. Een heel klein scheutje appelsap bij de Spa Rood bubbels en Koen was klaar om het feest mee te vieren. Isabel – de lieverd – had zes flesjes Heineken 0.0 voor me gekocht. Ik deed dus volop mee met slempen en ouwehoeren. Ik moet zeggen dat het alcohol-vrije Heineken bier naar ‘bier’ smaakt. Hoor ik daar in de verte Vlamingen lachen met de bewering dat Heineken naar bier smaakt? Hahaha.
Ook in Zuid-Afrika was het afgelopen dagen flink raak. Natuurlijk ná de ceremonie op het kerkhof. Ik kon daar echter gemakkelijk weigeren want ik was tenslotte de chauffeur van dienst. De BOB, weet je wel.
Het bevalt me. Ik mis het maar heel zelden. Ons dagelijks moment mét alcohol na thuiskomst van het werk is bijna een traditie geworden. Een kwartiertje samen op de veranda een biertje drinken. Of een glaasje port, gin, rum, wodka of whiskey. Wat er maar in huis is of open is. Even bijpraten. Een belangrijk moment. En daarna pas aan tafel. Nu schuif ik aan bij Isabel met een vers glas citroensap (uit eigen tuin) met veel water. Ook lekker.
Heb ik er ook profijt van? Ik weet het niet. Waarschijnlijk wel maar op de weegschaal zie ik dat niet. Ik sta ’s morgens wel veel fitter op en dat is natuurlijk fijn. Ik ga nog even door. Er staat ons nog wel een etentje te wachten op 12 februari waar ik nu al van weet dat alcohol weigeren weer een ‘dingetje’ wordt. Ik hou vol. Waarschijnlijk ga ik na het Valentijns-drankje nog even door. Ook wel prettig voor de portemonnee want stiekem geef je (ik) flink wat uit aan alcohol.
Ik denk dus dat ik nog wel even doorga …
Het is weer februari, het is weer Tournée Minérale. De Belgische variant van ‘Dry January’.
(*) Jammer genoeg deed (doet) ze niet mee. Maar wat niet is, kan nog komen. Ja toch!?
Ik probeer de 1000-vragen-draad nog niet los te laten, dus daarom vandaag weer vijftien verse antwoorden.
761. Geloof je in toeval?
Natuurlijk bestaat ‘toeval’. Moet ik dan antwoorden: “Ja, ik geloof in toeval.”? Waarschijnlijk wel. Ik ga nu geen voorbeelden vermelden maar dat is mogelijk iets voor een andere keer. En ik heb ik die ruim 12 jaar dat ik blog, vast al eens eerder geschreven over toeval.
762. Hoeveel tijd breng je dagelijks in de keuken door?
’s Morgens ruim 20 minuten. Dan maak ik Isabels lunchbox klaar. ’s Middags 10 minuten als ik een paar boterhammen voor mezelf smeer. ’s Avonds tussen de 25 en 45 minuten, afhankelijk van wat ik klaarmaak. In het weekend is het uiteraard anders.
763. In wie herkende je jezelf onlangs?
Met Wilhelm (mijn Mozambikaanse, Noorse buurman) heb ik al bijna 22 jaar een gezamenlijke (werk)geschiedenis. Hij is 2 jaar ouder. Dus we herkennen wel wat ik elkaar … meestal een fysiek mankementje.
764. Ben je impulsief?
Vroeger meer dan nu. Zo gaat dat nu eenmaal met het strijken der jaren …
765. Voor wie schaamde je je pasgeleden?
Deed ik dat? Schamen zit niet in mijn gereedschapskoffer. Toch zeker niet bovenaan.
766. Kun je bevriend zijn met iemand van het andere geslacht?
Natuurlijk. Dat ben ik al vanaf mijn tienerjaren en dat is nooit veranderd.
Gregory Kurasov
767. Heb je een lach die je alleen gebruikt voor foto’s?
Dat zou zomaar kunnen. Sinds ik hier en daar een tand mis ben ik me dat enkel bewust als ik moet ‘lachen’ voor een foto.
768. Wie bel je als eerste als je goed nieuws hebt?
Dat zal Isabel wel zijn, denk ik. Alhoewel ik haar het goede nieuws liefs persoonlijk vertel en niet via de telefoon.
769. Wat zou je doen als je geen verantwoordelijkheden meer had?
Ik kan me daar niets bij voorstellen.
770. Vind je jezelf aantrekkelijk?
Op mijn buikje na (en dus overgewicht) denk ik dat ik ermee door kan.
771. Van wie raakte je onlangs enorm onder de indruk?
‘Enorm’ is wel wat veel gevraagd. Ik ben soms onder de indruk van goede quizkandidaten bij ‘Per seconde wijzer’, ‘Twee voor twaalf’ of ‘De slimste mens’. En Eric Ten Hag doet het goed bij Manchester United. Dat is knap. Is dit een antwoord op deze vraag?
772. Ben je een goed rolmodel?
Ben ik dat? Nee, maar ik hoop dat mijn leerlingen iets positiefs oppikken van mijn lessen en mijn verhalen.
773. Welke traditie is overschat?
Paasmaandag, Pinkstermaandag. tweede kerstdag. Onzindagen want ze hebben geen religieuze betekenis. Bedenk bijvoorbeeld: ‘Burendag’. ‘Natuurdag’ en ‘Kunst- en Cultuurdag’ als vaste vrije dagen. Dan ontstaan er zomaar nieuwe tradities.
Het is nu bijna twee dagen geleden maar ik ben nog steeds een beetje sprakeloos. Samen met Hanneke bezocht ik dinsdagmiddag het Kröller-Müller Museum in Het Nationaal Park De Hoge Veluwe. Dat was voor mij het derde bezoek. De laatste keer was meer dan dertig jaar geleden dus is was best veel vergeten. Het was koud en het regende veel dus de beeldentuin hebben we nauwelijks gezien.
Binnen was er genoeg te zien. Een tijdelijke tentoonstelling van Fernand Léger. Meestal loop ik aan zijn werk voorbij. Ik herken het meestal wel maar er zijn altijd werken van anderen die meer aandacht krijgen. Dat was nu anders.
Kaartspelende soldaten – Fernand Léger – Kröller-Müller Museum
Maar dan liepen we door naar de vaste collectie.
“In het Kröller-Müller Museum sta je oog in oog met de mooiste Vincent van Goghcollectie ter wereld en geniet je van topstukken van moderne meesters als Claude Monet, Georges Seurat, Pablo Picasso en Piet Mondriaan. Het museum is de schatkamer van De Stijl en het futurisme, maar verrast ook met presentaties van hedendaagse kunstenaars.”
Van mijn sokken geblazen. Ja, dit gezegde gaat op voor me als ik daar rondloop. Ik luisterde deels naar de audiotour, ik las hier en daar wat extra informatie en liet me overrompelen. Dat gaat daar vanzelf.
Vier uitgebloeide zonnebloemen – Vincent van Gogh – Kröller-Müller Museum
Er hangen veel beroemdere schilderijen van Zunderts beroemdste zoon. Maar deze zonnebloemen kende ik nog niet. Of ik was ze vergeten dat kan natuurlijk ook.
Rebecca – Ossip Zadkine – beschilderd hout – Koen bij Caféterras bij nacht – Vincent van Gogh
De laatste dag van het jaar. Niet een blogjaar om lang bij stil te staan. Ik begon het jaar nog enthousiast met mijn MDLM maar daarna kwam de klad er wat in. Onregelmatig schreef en publiceerde ik een stukje. Ik kijk nu uit het raam en zie een grijze lucht. Het regent (miezert) in Leeuwarden. Het wordt een rustige jaarwisseling. Ik hoop op weinig knallen van rotjes. Een beetje siervuurwerk is prima. Alhoewel ik dat laatste bijna elke week in Mozambique kan zien want we zijn de achterburen van een populair trouwcentrum. PANG KNAL PANG … OOOO
In Nederland zijn betekent ook wat vaker naar een museum gaan. In het Teylers in Haarlem was het echt druk. David Hockney’s Eye’s.
David Hockney
Ik was er op bezoek met dochter en kleindochters (10 en 13 jaar). Leuk om samen te doen. Omdat mijn aandacht niet volledig op de begeleidende informatie gericht was, miste ik ook het een en ander. Denk ik. Deze tentoonstelling vertelt over de zoektocht van de Britse kunstenaar naar het perspectief en hoe kunstenaars doorheen de eeuwen hulpmiddelen hebben gebruikt om het ‘juiste’ perpectief te schilderen (of tekenen).
Natuurlijk herinner ik me mijn middelbare school (teken)lessen over het verdwijnpunt. Ik vond het toen een openbaring. Hockney doet het anders.
Het langst keek ik – met verwondering en verbazing – naar onderstaand werk.
Een dag later kon ik onverwacht toch nog – dankzij corona van vrienden – naar ‘Golden boy Gustav Klimt’ in het Van Goghmuseum in Amsterdam. Bewapend met de audio-tour liep ik in anderhalf uur door de tentoonstelling.
Het was druk maar het Van Gogh weet de bezoekersaantallen goed in te schatten. Je bent nooit alleen maar iedereen heeft de kans om de werken goed te bekijken en eventueel de teksten te lezen.
Ik heb ervan genoten met één opmerking: ‘Is dit alles?’ Ik had onbewust op meer gerekend (en gehoopt). Het is nu twee dagen later en ik ben nog steeds veel bezig met deze tentoonstelling. Natuurlijk moet ik de ondertitel vermelden: ‘Inspired by Van Gogh, Rodin, Matisse …’. Op de plaats van de puntjes mogen zeker Monet en Jan Toorop worden ingevuld.
Mijn vrienden – die geveld door corona niet konden gaan – vroegen me of het de moeite waard is om in Wenen naar deze zelfde tentoonstelling te gaan in 2023. Ik heb daar geen goed antwoord op. Alleen voor deze tentoonstelling? Nee, maar natuurlijk moet je wel gaan want in Wenen is zoveel meer te zien. Zeker ook meer Gustav Klimt. En vergeet dan ook Hundertwasser niet!
Gisteren naar Circus Salto geweest. Met veel plezier. Oud Umoja CFC deelnemer Jasmijn even ontmoet en gesproken. Wat een kanjer in de piste van dit familiecircus.
Tobit en Jasmijn – Foto: Kerstcircus Sander & Friends
Ze spelen nog een hele week in Sneek. Leuk om met (jonge) kinderen en kleinkinderen te bezoeken.
Prettige jaarwisseling.
Collega-blogger Toos schreef – met kennersblik – uitgebreid over de Hockney- en Klimt-tentoonstellingen. Klik HIER en HIER. Een aanrader voor de liefhebbers.
Hoe persoonlijk is een blog? Elk blog dat wordt bijgehouden door één persoon is persoonlijk. Ook het mijne. Maar net als de meeste bloggers die ik volg betekent dat niet dat ik alles uit mijn persoonlijke leven hier deel met Jan en alleman. Ik ben selectief. Je zou ook kunnen zeggen dat ik mezelf censureer. Ik ben ooit beginnen bloggen om mijn moeder op de hoogte te houden van al mijn bedrijvigheden in het (verre) buitenland. Natuurlijk gingen ook andere familieleden, buren en vrienden (af en toe) meelezen. Ik wil(de) geen van allen ongerust maken als er al eens iets tegen zat. Dat meld(de) ik hooguit in wat tussenzinnetjes. Of ik schreef er een eenmalig stukje over. Als het nodig is mail of bel ik m’n geliefden, wat tegenwoordig met WhatsApp een stuk gemakkelijker en goedkoper gaat.
Ergens in mijn eerste of tweede blogjaar (2011 – 2012) luchtte ik mijn hart over hoe Isabel zich gedroeg naar ‘personeel’. Meer nog over onze discussies en ruzies daarover. Een goede vriend reageerde met een persoonlijk mailtje: “Waarom moet iedereen dit weten Koen?” Een andere kennis reageerde soortgelijk op dat specifieke stukje. Het snelle antwoord was zoiets als: “Omdat het me bezighoudt.”
Al gauw bond ik in. Ook omdat Isabel me ooit hetzelfde vroeg. Zij leest geen Nederlands maar soms vraagt ze waar mijn stukjes over gaan. Dan vertel ik dat uiteraard. Zij is veel terughoudender over privézaken dan ik. Ook in het dagelijks leven. Zij vroeg me om dat te respecteren. Niet te veel vertellen over ons doen en laten. Sindsdien ben ik daarin wat terughoudender. Als uitgangspunt hanteer ik: ‘Als Isabel dit stukje zou kunnen lezen, vindt ze dat oké?’
Een mooi principe is: ‘Ik ben verantwoordelijk voor wat ik schrijf. Niet voor wat een ander leest en of interpreteert.’ In de praktijk zit er soms heel wat ruimte tussen deze twee zaken. Ik probeer er voor te zorgen dat die ruimte klein blijft maar of dat altijd lukt … ik betwijfel het.
Ik volg twee bloggers die al hun stukjes hebben versleuteld met een wachtwoord. Dat begrijp ik want zij zijn erg openhartig over hun directe leefwereld. Soms met naam en toenaam. Af en toe zou ik zo’n wachtwoordsleutel ook willen gebruiken want dan zou ik de hele toon van mijn stukjes kunnen veranderen. Nu hoor ik jullie denken: “Is er dan iets aan de hand?” Nee hoor, ik schrijf soms privé-logjes omdat het prettig is om bepaalde zaken onder woorden te brengen. Een soort dialoog met mezelf. Zo’n stukjes belanden dan in het mapje ‘concepten’ om er een paar dagen of weken later te verdwijnen naar de prullenbak.
Op Facebook ben ik al jaren veel terughoudender dan in de begintijd. Geen uitgebreide fotoreportages meer over ons doen en laten. Meestal plaats ik daar wel een link naar dit blog. Ik heb daar een paar vaste volgers en reageerders. Het vreemde is dat zij hier (op mijn blog) NIET kunnen reageren en wel op FB. Ik heb nog nooit iemand geblokkeerd dus ik begrijp niet hoe dat kan. Eén van de vele onbegrijpelijke kanten van de grote www-wereld.