Tags
‘Mensen kijken’ … wie vindt dat nu niet leuk? Ik had de afgelopen dagen weer heel wat tijd om deze activiteit uit te voeren. Ik beschrijf drie heel verschillende momenten. Met drie heel verschillende soorten mensen.
Museum Voorlinden, Wassenaar
Een nieuw museum met hedendaagse kunst. Een particulier museum. In Wassenaar bij Den Haag. Rebecca weet dat ik het nog steeds moeilijk vind om in m’n eentje naar een museum te gaan. Ze vraagt of ik meega. Ja, heel graag. We rijden apart. Ik ben veel vroeger ter plekke en strijk neer op het buitenterras. Een kopje koffie en dan … mensen kijken. Heerlijk. Daarna kunst kijken. Het gebouw bekijken en opnieuw veel ‘mensen kijken’. En wat me opvalt? De mens hier is wit, gemiddeld boven de vijftig en heeft mooie kleren aan. In de tuin spot ik na ruim twee uur de enige ‘zwarte vrouw’. Verder geen enkele bezoeker kunnen ontwaren met een ‘kleurtje’. Heel opmerkelijk …
Aeroporto da Portela, Lisboa
Ik ben ruim op tijd op het internationale vliegveld van Lissabon. Op terugreis naar Brussel. Hier trekt de hele wereld aan me voorbij. Schrijf ik hierboven bij Museum Voorlinden dat ik geen gekleurde medemensen heb kunnen ontwaren, dan is het hier totaal het tegenovergestelde. Vanuit de hele wereld lijken er mensen op dit moment op het vliegveld rond te lopen. En mensen kleden zich heel verschillend. Ik zie mannen in pak, Arabieren, dames in chique jurken en hoge hakken, jongeren allemaal met hetzelfde ‘Hardrock Café – Lisboa’ shirt. Op slippers. Met laarzen. Met hakjes. Op sandalen. Ook de hoeveelheid hand-bagage die mensen meezeulen is heel verschillend. Ik zit een tijdje tussen vier Senegalese mannen die een mix van een Afrikaanse taal en Frans met elkaar praten. Later schuif ik aan bij een familie uit India. Oma, moeder en dochter dragen traditionele gewaden. Terwijl ik een laatste slokje water drink zie ik twee chassidische Joodse mannen langs komen.
Bravis Laboratorium, Bergen op Zoom
Mijn cardioloog schreef begin september een vervangend medicijn voor. Na twee weken moet ik bloed laten prikken. Kijken of mijn nieren goed reageren op dit nieuwe medicijn. Ik loop naar het ‘prik-lab’ van het ziekenhuis in Bergen op Zoom. Het is alweer vier jaar geleden dat ik hier voor het laatst was. Ik trek een volgnummer. 647. De teller staat op 633. Nog even geduld hebben. Dat wordt dus een kwartiertje ‘mensen kijken’. Heel ander volk dan in een museum of op een vliegveld. Zonder dat ik ook maar één iemand ken, zie ik de ellende die veel mensen met zich meedragen. Snotterend in een zakdoek. Een vrouw – kaal van de chemo denk ik. Een kromme mevrouw in een rolstoel die duidelijk door een dochter wordt voortgeduwd. Een oudere man die zijn overhemd verkeerd heeft dicht geknoopt. Een hoofddoekjes-mevrouw die haar zoontje bij zich heeft – waarschijnlijk tot steun om te vertalen. Een echtpaar dat te luid praat. Een man met een vieze jogging-broek die protesteert dat hij te lang moet aanschuiven. En dan word ik opgeroepen. De tijd gaat snel voorbij. In gedachte begin ik al aan dit stukje …