Iedereen die hier meeleest weet wie Wim de Bie is. ‘Was’ moet ik sinds gisteren zeggen. Ik ga hier niet zijn hele carrière beschrijven. Dat is niet nodig. Dat doen al heel veel anderen, dat moet gemakkelijk zijn om dat zelf te googlen.
Ik schreef gisteren op de familie-app: “De dood van Wim de Bie voelt een beetje als een 2de overlijden van Ine. Hij was uitgesproken haar nummer één op comedy-gebied. Vooral zijn woede-uitbarstingen. RIP Wim de Bie.”
Mijn kinderen reageerden onmiddellijk dat ze dat ook zo voelden. Ze wisten van de grote ‘liefde’ van Ine voor Wim de Bie en heel veel van zijn types.
Ik zou Freek de Jonge op mijn nummer 1 positie plaatsen maar natuurlijk zijn Koot en Bie (Symplistische Verbond, de Klisjee-mannetjes, etc) niet te overtreffen. Hun bijdrage aan de Nederlandse taal is groots. Regelneef, doemdenken en nog heel veel meer. Een zondagavond in de 80’er jaren in Wyns … Studio Sport – met het bord op schoot-, het journaal en daarna Keek op de Week. Later op de avond ook Adriaan van Dis. We bleven er voor thuis!!! Nederlands cultureel erfgoed.
Meer hoef ik er vandaag niet aan toe te voegen. Rust zacht meneer de Bie.
Laat ik mezelf weer op gang bloggen met honderd tags. Ik gebruikte dat trucje eerder. Klik HIER mocht je dat nog eens willen lezen. Gewoon woordjes beginnen schrijven over zaken of dingen die ik de afgelopen tien dagen heb meegemaakt. Of wat me op de een of andere manier heeft beziggehouden. Bijvoorbeeld het woord ‘boekenkast’. Als ik het echt zou noteren als een tag zou er #boekenkast staan. Ik ga dat hekje niet honderd keer toevoegen. En een tag die uit meerdere woorden bestaat zoals ‘Wilbur Smith’ ga ik niet aan elkaar schrijven. In tag-land zou dat dan #wilbursmith zijn.
Je begrijpt vast wat ik bedoel. In totaal willekeurige volgorde.
Chocolade. Alcoholvrij. Grafzerken. Gasfles. Noorse zalm. Naakt. Jan van Eyck. Per seconde wijzer. Harddisc. PSV. Kalfstong. Ontslag. Black Earth Rising. Ratten. Zwembad. Prei. Anne Frankhuis. Docentenlicentie. Diabetes type 2. Huiswerk. Printpapier. Dirk Jan. Citroenwater. Manifesto. Transfers.
Weegschaal. Buitendouche. Onkruid. Metselaars. La Gomera. Melk. Slapeloos. Lijstjes. Lunchbox. Veilig Leren Lezen. Piraten. Kaapstad. Manchester United. Reageren. Roosterwijziging. Duizend vragen aan mezelf. Cartoon. Boerenoorlog. Johannes Vermeer. Postcodeloterij. Code +. Logeerkamer. Linda Rusconi. Isabel. Schilderen.
From Scratch. Wilhelm. Statusfoto’s. Zeerust. Anjet Daanje. Budgettering. De slimste mens. Zon. Jérsica. Bruegel. Wisselkoers. Musical Moods. NSM De Walvishaai. Nederlandse ambassade. Nuit. Toekomstzorgen. Liefde. Spruitjes. Gezondheid. WC-rolletjes. NOB. Wevernest. Wielrennen. Goes. Duin.
Dat waren ze weer voor vandaag – mijn honderd tags voor deze keer. Mocht je denken ‘Daar wil ik wat meer over weten / horen / lezen.’ Schroom dan niet om dat dan in je reactie te vermelden. Ik beloof niet dat ik alles ga uitleggen maar misschien zijn er wel tzt een paar logjes uit te persen.
Als je van boeken (en lezen) houdt, gaat er misschien een belletje rinkelen bij deze titel.
Brommer op zee (VPRO / CANVAS)
Een televisieprogramma over boeken is zelden een groot succes. Kijkcijfers bungelen ergens rond de 150.000 en dat is natuurlijk niet heel veel. Ik kijk weinig of zelden televisie als ik Netflix even buiten beschouwing laat. Noch in Leeuwarden, noch in Mozambique heb ik een televisieabonnement. Het kijken beperkt zich dus tot ‘streamen’ op een later tijdstip. Ik vind daar helemaal niets mis mee. Ik kijk op een moment dat het mij goed uitkomt. Hooguit bij het begin van een programma is er wat reclame.
Zo kijk ik ook naar ‘Brommer op zee’ via NPO-Start. Het programma volgt een vast stramien. ‘Format’ heet dat geloof ik. De twee presentatoren (Wilfried de Jong en Ruth Joos) starten staande rond een soort boekenkast-bar. Ze vertellen elkaar kort wat over boeken die ze de afgelopen week hebben gelezen. Een soort opwarmertje.
Daarna lopen ze naar ‘het hok’. Vorig jaar een schrijfhok, dit seizoen een soort reuze straat-meeneem-bibliotheekje. Een schrijver of een bekend iemand heeft een boek meegebracht – om achter te laten – en vertelt daar kort iets over. Later in het programma volgt een twee inkijkje en laat de gast zien welk boek hzij meeneemt.
Dan volgen twee iets langere interviews – ca 2x 13 minuten – met schrijvers en hun onlangs gepubliceerd boek. Meestal start Ruth Joos met een samenvatting van dat boek. Het is interessant om te kijken hoe lang de schrijvers het geduld opbrengen om haar niet te onderbreken. Beide interviewers stellen vragen. Het gaat er ontspannen aan toe. Soms is het jammer dat de (2x) 13 minuten al voorbij zijn. Af en toe zien we een filmpje waarin (meestal) Wilfried de Jong een interview heeft op locatie met een schrijver. Soms zien we een korte ontmoeting tussen lezers en schrijvers. Te kort in mijn ogen. Dit seizoen kijken we ook wekelijks naar de tuin van Mariken Heitman, Libris-winnares. Twee items die voor afwisseling moeten zorgen maar ik vind ze overbodig om niet te zeggen: ‘zonde van de (uitzend)tijd’.
Voor je het weet is het programma alweer voorbij. Ik spaar vaak 2 of 3 afleveringen op en kijk dan wat langer. Op mijn werktafel vind ik briefjes met titels en quotes. Ik vind het een fijn, pretentieloos programma. Maar ja, wie ben ik? Jammer dat de programmamakers er een punt moeten achterzetten. Brommer of zee krijgt geen derde seizoen. Kijkcijfers, weet je wel. De online-boekenclub gaat nog wel (even) door.
Ps. Iets heel anders. Ik heb grote problemen met mijn MacBook Pro. Eindeloos traag, ergerlijk zelfs. Ik weet niet hoe ik dat moet verhelpen. Ik heb al heel veel mappen naar externe schijven gekopieerd en de nieuwste MacOS Big Sur geïnstalleerd. Ik ervaar nauwelijks verbetering. Vandaar dat ik weinig actief ben op mijn blog. Ik hoop in de kerstvakantie tijd te vinden voor een revisie of de aanschaf van iets nieuws.
Ik heb een onoplosbaar probleem met mijn e-reader. Een Tolino Shine 3. Heel vervelend want niet kunnen lezen is geen pretje. Gelukkig heb ik nog voldoende papieren boeken. Maar ’s nachts in bed lezen met het licht aan is geen optie. Ik word wakker en begin te woelen en te zoeken naar een andere positie. Normaal pak ik dan mijn boek (e-reader) en ga lezen. Ik word vanzelf rustig. Nu ik ook flink verkouden ben zit er maar één ding op. Opstaan en Isabel niet langer lastigvallen.
Ik verhuis naar de woonkamer, naar het hoekje met de televisie en zoek een serie die ik – wegens desinteresse van Isabel – in mijn eentje wil zien. Ik kies voor ‘Better call Saul’. We zijn er jaren geleden eens aan begonnen na het grote succes van ‘Breaking Bad’. Maar het beviel Isabel totaal niet. We zijn halverwege de derde aflevering gestopt. Nu – ruim vier jaar later – begin ik er opnieuw aan. En het bevalt. Meer dan dat zelfs, ik vind deze serie geweldig. Misschien goed om te vertellen dat ik nu pas twee jaargangen – dus 20 afleveringen heb gezien. Ik ben fan.
Ik probeer – als ik nog twee seizoenen heb gezien – wat beter te beschrijven waarom ik het zo goed vind. Dat komt zeker door de sterke acteerprestaties en de personages. Maar ook door het enigszins trage tempo. Bijna ouderwets traag. Prachtig camerawerk vanuit bijzondere camerastandpunten. Oog voor details. Best veel humor. Kennen jullie deze serie? Kan ik er een genre op plakken? Een mix van drama, comedy, rechtbank en misdaad.
Wil je meer weten over deze serie dan kun je hier natuurlijk doorklikken naar informatie. Maar pas op … waarschijnlijk verraden ze daar delen van het verhaal.
ps. Mijn flinke verkoudheid is zo goed als voorbij en een nieuwe e-reader moet er maar gauw komen, vind ik.
Af en toe schrijf ik wel eens iets over eten of over koken in het algemeen. Soms over mijn eigen gekokkerel. Maar niet vaak. Mijn foto’s van eten … dat is zelden een succes – dat is écht een vak apart – terwijl het er in het echt best wel vaak lekker en goed uitziet. Ik zou een bijna dagelijks logje kunnen vullen met onze ‘dagelijkse kost’. Maar dat vraagt een heel andere concentratie in de keuken. Heel regelmatig denk ik tijdens het koken of tijdens de voorbereidingen … mmm, laat ik daar een foto van maken. Maar dat doe ik bijna nooit want dat is zo’n gedoe. Handen wassen want die zijn natuurlijk niet schoon genoeg (wel plakkerig of vet) om een fototoestel te hanteren.
Waarom schrijf ik vandaag iets over eten? Vorige week meldde ik al dat we weer tv-kijken want ik heb het DSTV-abonnement weer geactiveerd. De belangrijkste reden: EK-voetbal. In de dagelijkse praktijk heb ik nog maar vier wedstrijden helemaal gezien. Tweemaal de Rode Duivels en tweemaal Oranje. Maar natuurlijk zappen we ook naar andere zenders. Bijvoorbeeld: VUZU, BBC Lifestyle en Food Network. Ik denk niet dat dit zenders zijn die belletjes doen rinkelen in de Lage Landen. Zo ontdekten we vorige week dat Master Chef Australië dagelijks wordt uitgezonden tussen zeven en half negen. Dat is precies de tijd dat wij bijna klaar zijn met eten. En laat MasterChef Australië toch mijn meest favoriete televisie-kookwedstrijd zijn. Joepie. We zitten klaar. Seizoen 12. En wat blijkt nu? …
Ten eerste, er zijn nog maar 12 kandidaten over, dus het programma wordt al een hele tijd uitgezonden. Oké, dat geeft niets. Maar een veel grotere verbazing, om niet te zeggen … shock … Waar zijn Garry, George en Matt? De presentatoren die tegelijkertijd ook de jury vormen van deze kookwedstrijd. Zij zijn toch het kloppende hart van dit geweldige tv-programma? We kijken een aflevering en maken kennis met Andy, Melissa en Jock. Het nieuwe presentatie-trio. Ik ben nog niet overtuigd en na de aflevering ga ik googlen, op zoek naar informatie.
De drie heren zijn er tijdens nieuwe contract-onderhandelingen niet uitgekomen met de producent. Tja, daar heb ik niets aan toe te voegen. Wel jammer in het kwadraat want presentatoren zijn zeer belangrijk. Ik hou bijvoorbeeld niet van MasterChef Amerika met Gordon Ramsy. Ik begrijp dat de vervanging van Garry, George en Matt wereldwijd veel aandacht heeft gekregen want ik ben lang niet de enige die MasterChef Australië het beste televisieprogramma vindt in het genre ‘culinair’. Dus een beetje oud nieuws maar voor ons was het wel een verrassing.
We zijn nu zes afleveringen verder en alles went. Dus ook een nieuwe jury. Het is bijvoorbeeld een genot om jurylid Jock te zien proeven van de gerechten van de kandidaten. De producent deed iets slims. Alle kandidaten zijn deelnemers die hoog eindigden in een van de vorige elf seizoenen. De kijker is dus niet helemaal verweesd. Zo vond ik het fijn om Poh weer te zien, de runner up van het eerste seizoen. En wat is het camera-werk geweldig. Het inzoomen op de gerechten, wow, het water loopt ons geregeld in de mond.
Het format is niet veranderd, de grote MasterChef-keuken is dezelfde, de mystery box verschijnt met regelmaat ten tonele en ook het balkon van waarop deelnemers naar hun collega’s kijken – en supporteren – is er nog steeds. Ook de sfeer van het programma is niet veranderd. Ja, een beetje, er heerst namelijk een wereldwijde pandemie. Ik zie geen mondkapjes maar wel heel veel anderhalve meters en geen geknuffel. De warmte en liefde voor elkaar, het koken en het programma zelf zijn nog steeds heel voelbaar. Ik was fan en dat ben ik nog steeds. Kijken jullie naar kookprogramma en/of kookwedstrijden?
Om nog even terug te komen op de eerste alinea. Afgelopen weekend maakte ik (slow cooked) eend klaar, geïnspireerd op een recept van Jeroen Meus (Dagelijkse Kost). Deze week aten we tweemaal verse spinazie. Een vegetarische prei-quiche. Kip in kokosmelk met boontjes. Mijn eigen versie van pad thai (met kip en garnaal) en sticky rice met mango. Vers gefrituurde sardientjes met aardappeltjes gekookt in melk en citroen. Ik stop nu met bloggen want ik ga een Normandische appeltaart maken volgens een recept dat ik nog ken toen ik in Nederland naar 24 Kitchen keek met Rudolph van Veen. (Rudolph Bakery).
Een soort vervolg op mijn stukje van gisteren waarin ik vertelde over twee zaken die kapot bleken te zijn. De decoder (of het snoer van de decoder) en de ontvanger die bij de schotelantenne hoort. Beide zaken zijn ongeveer 5 jaar oud. Ik vind dat te jong om al kapot te gaan. Ik kan daar heel slecht tegen. Ik ben niet super voorzichtig met dingen maar zeker niet slordig. Het lijkt of materiële spullen vroeger veel langer meegingen dan heden ten dage. Of word ik een oude man die zeurt “Vroeger was alles beter”? Ik hoop van niet. Volgens mij vertelde ik al eens eerder over Koen en televisies.
Foto via Pexels.com
Ik probeer een lijstje te maken van zaken die de laatste tijd (jaren) kapot zijn gegaan. Onze broodrooster. Een handmixer. Twee laptops. Twee e-readers (eentje was echt mijn eigen schuld). Een tablet. Tig mobiele telefoons. Een printer. Bedlampjes. Tweemaal een boiler. Een airco (een vogel had zijn nest in het buitengedeelte van de airco had gemaakt). De ijskast en de televisie van onze huishoudelijke hulp.
Natuurlijk breken we wel eens een glas (meestal tijdens het afwassen), een kopje of een bord want we hebben alleen maar stenen (plavuizen) vloeren. Maar dat vind ik van een andere orde dan apparaten.
Ik ben totaal niet materialistisch (denk ik). Ik ben blij met wat ik heb – met wat wij hebben. Ik hoef niet voortdurend iets nieuws. Maar ik wel houden wat ik heb – wat wij hebben. Ik draag met gemak dezelfde broeken, truien of jas dan tien jaar geleden. Daar moet ik natuurlijk wel bij vermelden dat lange broeken, truien en jassen zelden uit de Mozambikaanse kast komen.
Dat auto’s of auto-onderdelen kapot gaan is een logische zaak. Zeker hier in het buitengebied waar we voortdurend over zandpaden moeten rijden. Of door plassen en modderstroken. Er is heel stof. Er zijn eindeloos veel kuilen in de weg dus over het onderhoud van auto’s heb ik het maar niet. Dat is iets dat je weet als je besluit om auto te rijden.
Dat je na een aantal jaren opnieuw moet schilderen of beitsen, dat vind ik normaal. Dat is slijtage. Zo zou het fijn zijn als onze tuinmuren een likje verf zouden krijgen. Maar eerst moet het plamuurmes flink zijn best doen want er zijn heel wat barstjes en barsten bijgekomen (in het pleister) de afgelopen vijf en half jaar. Maar als ik je vertel dat onze buitenmuren ruim drie meter hoog zijn en de lengte ruim 200 meter is (dat is het totaal) dan begrijp je dat daar en flink prijskaartje aanhangt. Dat zijn heel wat liters verf. Dat zijn kosten die je natuurlijk weet als je een eigen huis hebt. Dus kapotte apparaten, gestolen pompen en lampen … God beware me. Jammer dat ik daar niet in geloof, maar dat terzijde.Laat deze beker aan mij voorbij gaan.
Om het woordje ‘kapot’ in een iets andere betekenis te gebruiken … daar wordt Rietpietz vast blij van. Zich kapot generen, zich kapot ergeren, zich kapot lachen. Na een flinke training of werkdag zeg je ook soms “Ik ben kapot” of een wielrenner die zegt “Ik zat kapot”. Dan hebben ze het vaak over een man met een hamer. Dus met andere woorden: afgedraaid, afgepeigerd, afgemat. Als tien- of elfjarige hoorde ik op Terschelling voor het eerst het woord ‘kapotje’. Zegt dat nog iemand tegenwoordig. Zo’n kapotje kan beter niet kapot gaan tijdens gebruik …
Hoe gaan jullie daarmee om? Met spullen die veel te snel kapot gaan. Ik kan daar heel slecht tegen, ik heb daar een gruwelijke hekel aan.
Het is bijna 5 jaar geleden dat ik HIER iets schreef over DSTV. “Wat is DSTV?” … is waarschijnlijk de vraag die velen zich nu stellen. De letters staan voor Digitale Satelliet Televisie. Wij wonen in een buitengebied waar geen kabeltelevisie beschikbaar is. Willen we dan toch (ouderwets) televisie kijken dan zijn een schotelantenne en een bijbehorend abonnement de enige optie. Ruim vijf jaar geleden hakten we de knoop door en kozen voor DSTV. Er zijn nog twee andere aanbieders beschikbaar maar DSTV heeft het ruimste sportaanbod en het EK 2016 begon een paar dagen later. DSTV heeft ook heel wat Engelstalige zenders. Je koopt de schotel en je koopt eveneens de decoder – ‘het kastje’. Daarnaast betaal je elke dertig dagen voor een specifiek pakket naar keuze. Wij opteren voor Premium, goed voor 135 kanalen (die je natuurlijk nooit allemaal bekijkt) met oa. veel supersport-kanalen, vier filmkanalen mét Engelse ondertitels, heel wat internationale nieuwszenders. Afhankelijk van de wisselkoers kost dit abonnement ongeveer tussen de 55 en 70 euro. Dat mag je best DUUR noemen. Het goede van het Mozambikaanse abonnementen-systeem is dat je er niet langer dan 30 dagen aan vast zit. En je kunt altijd kiezen voor een ander, goedkoper abonnement. Zijn de dertig dagen voorbij en je betaalt niet dan krijg je nog maar één zender: TVM, het eerste kanaal van de nationale Mozambikaanse televisie.
Ik moest even zoeken wanneer we voor het laatst hebben betaald of met andere woorden – wanneer keken we voor het laatst televisie via DSTV? Het antwoord: vorig jaar in september – De Ronde van Frankrijk. Dus ruim acht maanden stonden de decoder en de schotelantenne figuurlijk stof te happen. We kijken meestal Netflix via internet. Ik kijk af en toe Vlaamse en Nederlandse programma’s via BVN op internet. De sportzomer 2021 komt eraan, althans zo kun je dat in Europa noemen, aan de andere kant van de evenaar is het nu winter. Juni, juli, augustus. Voetbal, het uitgestelde EK (Europees kampioenschap), Wimbledon, de Ronde van Frankrijk, de Olympische Spelen.
Daarom toog ik gisteren (vrijdag) naar een DSTV-winkel en betaalde opnieuw voor dertig dagen. Ik keek uit naar de openingsceremonie en de eerste voetbalwedstrijd. Thuis activeerde ik de decoder. Nou ja, dat was de bedoeling. Alles bleef zo dood als een dode pier. Met geen mogelijkheid kreeg ik de decoder aan de praat. Dus daarom ging ik vandaag opnieuw langs. Na een tijdje wachten was ik aan de beurt. Mijn decoder werd aangesloten en er moest een en ander worden geüpdatet. Of ik even wilde wachten. Ja hoor. Een half uur later zag ik dat 88% was voltooid. Op 97% hield de update ermee op. Tweede poging. Zelfde resultaat. Na een uur en vijftien minuten was ik er wel klaar mee. Waarom geven jullie me geen nieuwe decoder? ‘Geven’ is natuurlijk een woord dat ze niet kennen. ‘Verkopen’ wel. Gelukkig is er een aanbieding omdat er een internationaal voetbaltornooi – jaja, het EK – voor de deur staat. Ik koop een nieuwe decoder (25 euro). Ik moet wel een half uurtje wachten want mijn gisteren betaald pakket moet overgeschreven worden. Ik ga iets drinken in de buurt. Ik word precies na een half uur gebeld dat ik alles kan komen ophalen. Joepie … ik kan vanavond naar de Rode Duivels kijken.
Thuis jongleer ik wat met de oude en de nieuwe kabels en verschijnt er op het televisiescherm de mededeling … GEEN SIGNAAL.
Waar je zwarte streepjes ziet onder Tuner 1 en Tuner 2 zou je blauwe streepjes moeten zien.
Ik maak alles weer los en probeer opnieuw en opnieuw. Met hetzelfde resultaat. Ik bel naar de winkel maar alles is al gesloten. Via via herinner me ik het nummer van de technicus die ooit alles heeft aangesloten. Hij heeft gelukkig avonddienst. Een uurtje later bevestigt hij wat ik ook heb geconstateerd: geen signaal. We halen de ladder uit het schuurtje en hij klimt naar boven.
DSTV-technicus Victor aan het werk
Een onderdeel van de schotelantenne is kapot. Waterschade. Eigenaardig want zo’n ding wordt gemaakt om buiten te vertoeven. Ook Victor, de technicus, vindt deze schade tamelijk zeldzaam. Gelukkig heeft hij een vervangend onderdeel. En ja … we hebben dan eindelijk voldoende ‘blauwe streepjes’. Het duurt dan nog een klein half uur voor alles is gesynchroniseerd. Obrigado Victor en weer 25 euro armer. Ik pik nog nog gauw vijf minuutjes mee van Denemarken – Finland net voordat een Deense speler (Christian Eriksen) op het veld vecht voor zijn leven. Wat een bizarre start van deze nieuwe 30 dagen DSTV. Nog even iets eten en drinken en dan maar hopen dat België – Rusland een faire match wordt met uiteraard een winst voor de Rode Duivels. Morgen meer … niet persé over sport. Wees gerust.
Ik maak het jaar vol met deze maandelijkse terugblik. Vandaag nummer twaalf, mei 2021. Of ik volgende maand aan een tweede jaar begin weet ik nog niet.
De avonden in Mozambique worden langer en langer. Tenminste wat ‘donkerte’ betreft. Al iets voor vijven ’s middags gaan de lichten in huis aan. Een kwartiertje later is het donker. De volgende ochtend wordt het pas om zes uur weer licht. Overdag is het nog steeds lekker weer, gemiddeld 25c. Dat is in Vlaanderen en Nederland goed om er een stranddag van te maken. Als het donker wordt daalt de temperatuur snel naar 17c en met een beetje wind vindt Isabel het te koud om buiten te eten. Binnen eten, afruimen, de boel aan de kant en dan gaat meestal de televisie aan. Niet elke dag maar toch vier of vijf avonden per week.
GEKEKEN
Ook in mijn eentje keek ik af en toe een aflevering (of een paar afleveringen) van een serie. Dat zijn vaak series waarbij Isabel na twee afleveringen is afgehaakt. Bijvoorbeeld The Serpent.
The Serpent – een fictie-serie (Netflix) gebaseerd op de gruweldaden van de Aziatische seriemoordenaar Charles Sobhrayen de verbeten speurtocht van Herman Knippenberg naar deze man.
Fauda – ik zag eerder dit jaar jaargang één en twee van deze Israëlische serie. Nu dus ook serie 3. Dat was wel bijzonder (en een beetje raar) want terwijl ik naar deze fictie keek over een Israelisch geheime politie-eenheid die infiltreert in Gaza zijn de oorlogshandelingen in het grote conflict Palestina – Israel volop aan de gang. Een goede serie als je van het genre houdt.
Suburra – Italiaanse misdaadserie van Netflix. Ook drie jaargangen. We zijn er in april al aan begonnen. In mei keken we het derde jaar (dat we beter vonden dan het tweede jaar). Ik zou Suburra kunnen vergelijken met Narcos (met Pablo Escobar). De gangsters (maffia, politici, zigeuners, kardinalen) zijn de hoofdrolspelers en ontegensprekelijk breng je ENIGE sympathie op voor deze boeven. Dat gebeurt ook bij Ozark en Breaking Bad. Een succesvolle formule.
Shadow & Bone – Een fantasy-serie. Geen vijf-sterren maar wel een van de betere fantasy-series die we sinds Game of Thrones hebben gezien.
GELEZEN
Mijn Tolino – Shine 3
In het gezelschap van de courtisane – Sarah Dunant. Dit is het tweede boek van een drieluik. Het zijn afzonderlijke romans. Ik blogde er al eerder over. Klik HIER.
Het vierkant van de wraak – Pieter Aspe. Mijn eerste ‘Aspe’. Het is me niet tegengevallen. Geen hoogvlieger maar het leest lekker vlot weg. En wat werd er veel gedronken en gerookt in die dagen (1995). Gaat ‘Van In’ dat volhouden? Zes Duvels per dag en twee pakjes sigaretten. Zucht. Plaats van handeling: Brugge. Soms een teveel aan bijvoeglijke naamwoorden om situaties te beschrijven. Emoties wisselen soms als een op hol geslagen achtbaan. Ik ga nog een paar ‘Aspes’ lezen – ik heb ze tenslotte gratis en voor niks op een externe schijf staan – maar vast niet allemaal.
Een stille dood – Donna Leon. Mijn eerste kennismaking met CommissarioBrunetti. Plaats van handeling: Venetië. Vlotter geschreven dan Aspe. Het verhaal komt wat traag op gang om dan plots in een stroomversnelling te schieten. De Italiaanse couleur locale (inclusief wandelingen en boottochtjes door de stad én veel lekker eten) maakt het boek prettig om te lezen.
Nobiltà – Donna Leon. Meteen maar een tweede CommissarioBrunetti opgepakt. Fijn maar ik weet zeker dat ik binnen een half jaar het (misdaad) verhaal niet kan navertellen. De sfeer en de markante vaste personages zal ik me wel herinneren.
Duin – Frank Herbert. Ik schreef al eerder dat ik na 40 jaar deze SF-klassieker zou gaan herlezen. Bang dat ik teleurgesteld zou worden. Dat laatste is niet gebeurd. Gaf ik vroeger dit boek een dikke vijf sterren-score dan knaag ik er nu één sterretje af. Ik was zelf verbaasd hoeveel ik toch nog wist. Grote momenten in het verhaal bedoel ik dan.
De Midasmoorden – Pieter Aspe. En zoals ik hierboven al schreef: een tweede Aspe zou spoedig volgen. Een beetje een zelfde soort opmerking … de hoofdpersonages zal ik wel onthouden. Het overmatige alcohol(mis)gebruik ook. Maar het misdaadverhaaltje vergeet ik waarschijnlijk al na een paar maanden. Maar dat geldt niet enkel voor Aspe, dat is eigen aan series met dezelfde personages.
Herfstlied – Simone van der Vlugt. Ik hou erg van de historische romans van Simone van der Vlugt. Haar thrillers lezen vlot maar ik ga niet meteen op zoek naar een andere titel.
De man en zijn wielerverhalen – Wilfried de Jong. Dit boek van meer dan 500 pagina’s lees ik niet in één keer uit. Het zijn korte en lange stukjes die wielerliefhebber en journalist Wilfried de Jong heeft geschreven in de afgelopen twintig jaar. Ik lees dus af en toe een stuk of wat (vijf, zes) verhalen en dan klik ik door naar een ander boek. Ik ben op bladzijde 140 dus ik kom de zomer wel door met zijn stukjes.
GEDAAN
Zoals je kunt zien aan het leesoverzicht hierboven heb ik best veel tijd lezend doorgebracht. Dat lezen doe ik vaak ‘tussen de bedrijven door’. Vaste prik: als ik naar bed ga, als ik rond half zeven op Isabel wacht, als ik ’s nachts langer dan 10 minuten wakker lig. In de weekenden lees ik natuurlijk veel meer. Op mijn schooldagen (lesgeven) lees ik het minste. Voor onze NTC- school (De Walvishaai) was het digitaal kwalitatief inspectieonderzoek deze maand heel belangrijk in verband met het voortbestaan van de school en de daarbij horende subsidie. Het is allemaal vlot verlopen en we kunnen uitkijken naar een positief rapport over de gehele linie.
NOG IETS EXTRA OM TE VERMELDEN
Met de gezondheid zit het wel weer snor. Om het populair te zeggen. Groot aandachtspunt blijft … het buikje, dus overgewicht. Ik drink al sinds half maart geen druppel alcohol, ook geen koffie. Ik snoep niet maar de boterhammetjes en de toetjes blijven grote verleiders. Verder heb ik de Giro (Ronde van Italië) gevolgd maar na het uitvallen van Remco Evenepoel verslapte de aandacht en interesse enigszins. De verwachtingen van deze talentvolle coureur waren niet realistisch na negen maanden revalidatie.
TENSLOTTE
Ik moet gauw een paar knopen doorhakken. Kiezen. Dat is niet mijn sterkste eigenschap. Ik stel sommige keuzes uit. Er liggen voor diverse klussen offertes op tafel. Dat wordt onderhandelen, afdingen enzovoort. Ik wil de meeste van deze klussen afgerond zien voor het einde van juni 2021. Ook persoonlijke goede voornemens. Ja, maar ik vermeld ze nog niet. Later misschien wel.
Een teken van leven. Hartelijk dank voor de vele beterschapswensen. Ben ik beter? Ik zou graag ja antwoorden maar dat is bezijden de realiteit. Ik pak maandag wel mijn dagelijkse activiteiten weer op. Ik schreef vorige week dat ik er niet over wil schrijven. Daar is nauwelijks iets aan veranderd. Hooguit dit: ik heb (had) geen corona en ook geen malaria. Stop. Ander onderwerp.
GEKEKEN
Niet zoveel. Een paar actie-thrillers maar weinig dat echt indruk heeft gemaakt.
Het geheim van de meester (2021) – AvroTros. Nog steeds een mooi programma maar ik mis ‘het eerste team van experts’.
The Bold Type – vermakelijk, lichtvoetig amusement. Een soort Sex in the City 2.0 Een serie die Isabel meer bevalt dan dat het mij bekoort maar samen kijken is leuk.
Snabba Cash – Zweedse Netflix crimi. Doet me een beetje denken aan ‘The Wire’ qua onderwerp, niet qua impact en gelaagdheid.
GELEZEN
De Ommegang – Jan van Aken. Een dikke historische pil. Je gaat als lezer mee op reis met het hoofdpersonage. Twee soorten reizen: door zijn hoofd en door Europa. Helemaal tot de Oriënt en weer terug. Veel uurtjes leesplezier maar toch een lichte teleurstelling als ik terugkijk.
Politie – Jo Nesbø. Ik geloof dat dit alweer de tiende thriller is in de Harry Hole serie. Uitermate spannend. Heel vaak word je als lezer op het verkeerde been gezet. Eerlijk gezegd … misschien net een paar keer te vaak.
De geboorte van Venus – Sarah Dunant. Historische roman die heel lekker wegleest. Firenze in de zestiende eeuw. Een jong meisje ontdekt haar passie voor schilderkunst maar het keurslijf van haar opvoeding en de politieke realiteit vormen grote obstakels. Ik heb het graag gelezen.
Een gewaarschuwd man – Michael Connelly. Veruit mijn meest geliefde (thrillerauteur): Michael Connelly. Hij stelt me nooit teleur. In dit nieuwe boek is journalist Jack McEvoy opnieuw het hoofdpersonage. Geen Harry Bosch dit keer. Een aanrader als je van het genre houdt.
De roof – Daniel Silva. Hoofdpersonage in zijn boeken (thrillers) is altijd Gabriël Allon – meester-restaurateur en kunstkenner en Israelisch topspion. Een vermakelijke combinatie en dit keer best veel ‘kunst’, van Caravaggio tot van Gogh.
Het recht van de macht – David Baldacci. En nog maar een thriller. Een oudje dit keer. 1995. En dat is wel een beetje gek. Nog geen mobieltjes of internet. Nauwelijks camera’s. Een page turner maar geen aanrader.
GEDAAN
Het is raar maar ik herinner me nauwelijks iets dat afwijkt van het gangbare (corona-beperkingen) patroon. Zelfs het geplande reisje in het paasweekend hebben we uiteindelijk geschrapt. O ja … een dingetje dat ik ook al in maart heb gedaan. Ik plaatste elke ochtend een foto op Facebook met de vraag: ‘Waar was ik?’ Geen quiz, geen prijsvraag, gewoon fijn om wat in mijn vele foto’s te grasduinen. En ik heb mijn eerste ‘prik’ gehad, ik zou het bijna vergeten te vermelden.
NOG IETS EXTRA OM TE VERMELDEN
Ik heb best veel gelezen in april. Het is gek maar er zijn enkele ‘items’ die steeds opduiken. Ik ben er niet naar op zoek maar ze duiken voortdurend op. In boeken, in blogs, in artikels die ik lees, zelfs in films of series. Dante Alighieri en zijn Goddelijke Comedie. Opera. Caravaggio. In deze volgorde. Twee jaar geleden las ik met veel plezier ‘De Bourgondiërs’ (Bart van Loo). Nu luister ik in de auto naar de Klara-Podcast. Ik kom er nog een keer op terug.
TENSLOTTE
Om een beetje vrolijk te eindigen plaats ik een foto van een triptiek. Een schilderij (een altaarstuk) van de Vlaamse kunstschilder Rogier van der Weyden. Op Twitter zag ik een deel van dit triptiek met de tekst ‘Spoiler Alert’. Ontdekken jullie ‘de fout’? Prettig weekend, op naar een mooiere mei-maand.
Rogier van der Weyden – Annunciatietriptiek, kort na 1434
Mozambique (en de buurlanden) doen niet aan winter- en zomertijd. En hoe dichter bij de evenaar hoe minder zin het heeft. In het zuiden van Mozambique (waar wij wonen) is er wel degelijk een verschil tussen de lengte van dagen (of nachten) eind december of eind juni. Eind december is er bijna 14 uur daglicht (zonsopkomst 04.55 – zonsondergang 18.43). Eind juni halen we 10,5 uur daglicht (zonsopkomst 06.38 – zonsondergang 17.08). Natuurlijk zijn de momenten met daglicht wat langer. Dit zijn de officiële cijfers tussen zonsopkomst en zonsondergang. En tot zover het meteorologisch praatje.
Ik wil het namelijk over iets heel anders hebben. Een televisieprogramma en de presentator van dat programma. Winteruur en Wim Helsen. In de auto luister ik met grote regelmaat naar Andermans Veren. Nederlandstalige liedjes en (cabaret) conferences. Ook veel onbekend werk. Elke uitzending heeft minstens één (soms meer) Vlaams liedje of sketch. Zo kwam Wim Helsen al een paar keer voorbij. Ik heb nooit een volledig theaterprogramma van hem gezien. Wel losse stukjes. Erg geestig. Omdat Isabel niet thuis was, had ik alle tijd om wat Vlaamse programma’s te kijken. Ik voerde Wim Helsen in als zoekopdracht bij YouTube. Er zijn heel wat stukjes uit zijn shows te bekijken. Erg geestig. En toen vond ik allerlei canvas-filmpjes van ongeveer tien minuten. Winteruur. Presentator Wim Helsen ontvangt een gast die een tekst heeft meegebracht. De tien minuten (soms wat korter, soms wat langer) verlopen volgens een vast patroon. Eerst een (meestal) absurde inleiding van Wim met een golden retriever op zijn canapé, dan verwelkomt hij zijn gast, een korte overzicht wie die persoon is. Al gauw leest de gast zijn (haar) tekst voor. De kijker ziet de tekst ook geprojecteerd op de muur in de (denkbeeldige) zithoek. Je kunt dus meelezen. Dan volgt een gesprek over de tekst. Soms duidend, soms uitleggerig, soms over ‘waarom deze tekst’, altijd een fijn gesprek. Tenslotte leest de gast voor de tweede keer de tekst voor. Dan zegt de presentator ‘slaapwel’ tegen de kijker en volgt er een stilte. Soms best lang. Dan lijkt het voor de gast dat het gesprek voor tv is afgelopen maar in werkelijkheid hoor je Wim met zijn (haar) gast nog even verder keuvelen. Einde. Op Canvas, vier keer per week rond de klok van 23u. Schitterend.
Ik keek gisteren wel vijftien afleveringen na elkaar. Erg fijn. Ik plaats hier een voorbeeld. Arnon Grunberg is op bezoek bij Winteruur.
Wil je meer afleveringen zien dan weet je ze vast wel te vinden. Onderaan dit stukje staan nog twee afleveringen. Mijn zoektocht naar Wim Helsen begon dus bij een sketch die ik op de radio had gehoord. Gedichtenbundel. Zie hieronder. Ik moet er erg om lachen. Elke keer weer.
Grof? Platvloers? Vrouwonvriendelijk? Zot? Absurd? Triviaal? Olifant in de porseleinkast? Komisch? Gedurfd? Allemaal waar. Ik zou bij al deze omschrijvingen het vraagteken kunnen veranderen in een uitroepteken.
Dat ik van theater houd, mag hier algemeen bekend zijn. Toch ga (ging) ik relatief zelden naar cabaretvoorstellingen. Ik kijk ze wel op tv. Ik vind Freek de Jonge (nog steeds) de absolute grootmeester. Ik heb veel van zijn programma’s gezien, al van in de Neerlands Hoop tijd. Vroeger in de schouwburg. Later op televisie, tegenwoordig via internet (YouTube). Natuurlijk kun je hem moeilijk vergelijken met Bert Visser, Herman Finkers, Brigitte Kaandorp, Jochem Myjer of Wim Helsen. Een totaal andere stijl. Ook Jeroen van Merwijk (wel gezien in de schouwburg) en Hans Dorrestijn kunnen me bekoren. Youp van ’t Hek, Theo Maassen, Eric van Muiswinkel, Dolf Jansen. Allemaal met plezier (af en toe) gezien. Heel lang geleden ook Paul van Vliet, Toon Hermans, Don Quichocking, Tekstpierement, Hans Liberg, Neerlands Hoop en Herman van Veen in het theater gezien. Excuses voor deze overbodige opsomming. Alleen Claudia de Breij ontbreekt in dit lijstje. Nog nooit een show van haar gezien en dat wil ik wel een keertje.
Kennen jullie Wim Helsen? Spreekt het (hij) je aan? De absurdistische cabaretier of de gastheer bij Winteruur? Nog goesting om een aflevering te zien? Bijvoorbeeld met Marie Vinck. (Wat een schoon madam!)
En het zijn niet altijd moeilijke of zwaar filosofische teksten hoor. Neem bijvoorbeeld het gesprek met Siska Schoeters met Wim Helsen. Heel toegankelijk met een hele mooie vraag …